De officier acht twee keer poging tot moord bewezen, maar vindt dat de verdachte, F. de J., tijdens haar daad volledig ontoerekeningsvatbaar was. Wel acht hij de kans op herhaling groot.

De J. reed op het Lange Voorhout met haar auto in op Van Aartsen, die daar was voor een fotosessie. Ze deed dat omdat ze aandacht wilde voor haar persoonlijke situatie: de Enschedese advocate was ervan overtuigd dat ze al maanden werd afgeluisterd en achtervolgd en daarvan werd ze gestoord. Door de aanrijding raakte de linkerschouder van woordvoerder Rensink uit de kom, Van Aartsen rolde over de motorkap, maar raakte niet gewond.

Maandag, de tweede zittingsdag, werd duidelijk dat de vrouw aanvankelijk van plan was naar Rotterdam te rijden. Ze reed verkeerd en kwam in Den Haag terecht. De vrouw wilde iemand die rijk was, iets aandoen.

De J. reed met haar Renault Mégane naar Hotel Des Indes, want daar vertoeven veel rijken. In gesprek met de portier van het hotel ontwaarde ze VVD’er Van Aartsen. Ze zou toen hebben gezegd: Dat is ook een mooi doelwit.

Volgens mr. Belien heeft de vrouw met voorbedachten rade het tweetal aangereden. Het bedenken van zo’n plan hoeft niet veel tijd te vergen. Enkele tientallen seconden is genoeg, aldus Belien. Bovendien hebben verscheidene getuigen verklaard dat de vrouw met „aanmerkelijke snelheid” op Van Aartsen en Rensink is ingereden, die met de rug naar haar toe stonden.

Advocaat mr. G. Szegedi vond dat de officier een duidelijk verhaal hield, maar achtte de opzettelijkheid met als doel Van Aartsen en Rensink te doden niet bewezen. De advocaat pleitte voor een gevangenisstraf en de mogelijkheid voor De J. om zelf aan te geven of ze in therapie wil.

De J. zei zelf dat ze niet de bedoeling had het tweetal dood te rijden. „Het is niet slim geweest wat ik heb gedaan.”