Ze blijven boeiend, die kiekjes van vroeger
Oude ansichtkaarten doen niet alleen de harten van ouderen sneller kloppen. Met speciale spaaracties wakkeren supermarkten ook de belangstelling bij jongeren aan. Waar komt die belangstelling voor vroeger toch vandaan?
In gedachten verzonken buigt een groepje mannen zich over een paar schaakborden. In kostuum, het haar vet van de brillantine, een sigaret tussen de vingers en een bierflesje binnen handbereik proberen leden van de Werkendamse schaakclub elkaar schaakmat te zetten. Oudere inwoners van de Noord-Brabantse gemeente herkennen de schakers op de foto: dit was die van die, hij heeft nog bij een zus in de klas gezeten.
De beelden in sepiatinten roepen de sfeer op van lang vervlogen tijden, toen verenigingsgebouwen en consistories nog blauw stonden van de rook en een gezellige avond of kerkenraadsvergadering eindigde met een borrel.
En dan die foto van oud-burgemeester Van Oosten tijdens zijn feestje: ambtsketting om en getooid met vlinderstrik toont hij een gulle lach vanachter zijn zware hoornen montuur. Waar is de tijd gebleven?
Ondernemer John van Vuuren weet het: zijn nieuwe spaaractie met oude kiekjes van Werkendam is een schot in de roos. Acht weken lang sparen klanten van zijn Albert Heijn- en Etos-filialen in Werkendam historische plaatjes van hun woonplaats. Het levert ze een schat op aan nostalgische beelden – en al even nostalgische gevoelens. Zelf ziet Van Vuuren zijn omzet pieken. Want de oude kiekjes en kadastertekeningen zijn net zo populair als –pak ’m beet– de voetbalplaatjes- en handdoekenacties waarmee supermarkten regelmatig klanten proberen binnen te halen. Werkendammers en inwoners van omliggende gemeenten in het Brabantse land sparen blijkbaar graag een heel album met dorpsgeschiedenis bij elkaar. Ze zijn niet de enigen.
Regelmatig organiseren supermarkten van noord tot zuid en van oost tot west acties rond de lokale geschiedenis. Afgaand op de reacties van consumenten vallen die in de smaak. Bijkomend gevolg: een levendige ruilhandel binnen en buiten de familiekring en een schat aan gespreksstof voor aan de keukentafel. Zoals –in Werkendam– over de oude orgelleraar Van der Bunt, de Burchtstraat tijdens de Watersnoodramp van 1953 en de verdwenen Bermsloot. „De actie leeft onder jong en oud”, vertelt Van Vuuren, al erkent hij dat de actie met name aanslaat onder het wat oudere publiek.
Prentenkabinetten
Wat is het toch dat oude prenten hele volksstammen in vervoering kunnen brengen? Waarom is er een levendige handel in ansichtkaarten van tot wel honderd jaar geleden, die via Marktplaats, beurzen en speciale prentenkabinetten soms voor tientallen euro’s van eigenaar wisselen? En waarom raken ingeboren en geïmmigreerde dorps- en stadsbewoners soms zo gefascineerd door zwartwitfoto’s uit vroeger jaren?
„Het heeft te maken met de zoektocht naar hoe de dingen zijn geweest en hoe ze zijn geworden”, zegt historicus Gerard Mulder. De directeur onderwijs van de Jacobus Fruytier scholengemeenschap in Apeldoorn –onder meer als initiatiefnemer betrokken bij de oprichting van de historische werkgroep Elspeet en bij het Elspeets Historisch Museum– ziet van dichtbij hoe jongeren en ouderen soms gegrepen worden door gebeurtenissen of voorwerpen van jaren her. Te beginnen bij de Tweede Wereldoorlog, want „daar kunnen jongelui zich een goede voorstelling bij maken.” In Elspeet durven schoolgaande jongens en meisjes zich bovendien vaker zonder gêne in boezeroen of met gesteven muts te vertonen.
Ool de afkalving van vaste structuren vertoont in de samenleving vergroot de aandacht voor geschiedenis, vervolgt Mulder. „De laatste jaren staat genealogie bijvoorbeeld volop in de belangstelling.” Hij ziet hoe ouderen en jongeren in Elspeet zich verdiepen in hun wortels –op zoek naar hun afkomst. Dat juist ouderen zich verdiepen in hun kindertijd, verklaart hij uit de manier waarop hun leven verandert. „Je ziet dat ouderen na hun pensionering gaat terugkijken op vroeger. Juist als mensen achter hun werkzame leven staan, zie je vaak hun museumbezoek en culturele belangstelling toenemen. Het is een fase in het ouder worden, met rust en reflectie op hoe het vroeger ging.”
Toch is niet iedere belangstelling voor geschiedenis hetzelfde, vertelt de historicus. „Je hebt geschiedenis als het verklarende verhaal, maar er is ook een nostalgische kant. Je kunt daarbij denken aan het conserveren van oude gereedschappen of oude auto’s. En in christelijke kring is er nog de kleine kerkgeschiedenis, met bijvoorbeeld levensbeschrijvingen. De nostalgie en het vastleggen van levensverhalen hebben absoluut hun eigen waarde, maar zijn van een andere orde dan het echte historische besef.” Het leggen van de historische verbanden, bedoelt Mulder, en het vinden van verklaringen in historische gebeurtenissen. Die zijn immers nadrukkelijk de taak van de historicus. Daarmee wil Mulder de nostalgie zeker niet afdoen als onbelangrijk. Mensen die voorwerpen conserveren, maken de geschiedenis tastbaar – en laat dat nu net zijn wat jongeren en ouderen nodig hebben om hun historisch besef levend te houden. Of levend te maken.
Voor christenen heeft de geschiedenis nog een extra dimensie, vertelt Mulder: „Voor hen spelen ook nog de vragen rond Gods handelen, wat je wel gelovig belijdt maar wat in de praktijk niet zo eenvoudig te duiden is.”
Gevoelige snaar
Toch raakt niet iedereen onder de indruk van een neepjesmuts, om maar een historisch voorwerp te noemen. Of van een Shermantank of Willy’s Jeep. Wie wordt gegrepen door vroeger, bezit vaak wel in meer of mindere mate een ‘geschiedenisgen’. Tegelijkertijd kan veel worden aangeleerd. Voorbeeldgedrag is dan ook heel belangrijk, benadrukt Mulder. „Je hoort van oudere mensen nogal eens verhalen over een meester of juf die zo goed kon vertellen. Ouders kunnen hun kinderen stimuleren door bijvoorbeeld voor te lezen uit de geschiedenis en kerkgeschiedenis. Die verhalen kunnen de belangstelling voor vroeger aanwakkeren.”
Zo’n plaatjesactie als in Werkendam kan natuurlijk ook helpen. Afhankelijk van je perspectief als verzamelaar of historicus kun je het stimuleren van de belangstelling voor de geschiedenis als hoofd- of bijvangst beschouwen.
Voor ondernemer Van Vuuren zijn de toeloop en omzetplus zeker belangrijk. Maar dat de 224 kiekjes van beroepen, burgemeesters en bekende Werkendammers –en van scholen, scheepvaart en oude straten– een gevoelige snaar raken is voor hem evident. De 175.000 setjes vliegen over de toonbank, al moeten klanten in acht weken tijd voor ruim 550 euro aan boodschappen inslaan om genoeg sets te kunnen sparen om hun album vol te krijgen. Ze hebben de geplande ruilmiddag aan het einde van de actieperiode misschien broodnodig om oude landkaarten te ruilen voor luchtfoto’s.
„Een spaaractie als deze kan de bewustwording voor de lokale geschiedenis zeker verbeteren”, vertelt historicus Mulder. „Het leuke is natuurlijk het spaarelement –het hebben om te hebben– maar anderzijds is er het lezen en dingen oppikken. Door op een bescheiden manier iets te vertellen aan de hand van gebouwen en voorwerpen, kunnen mensen geïnteresseerd raken. Je ziet dat ook als mensen interesse krijgen in hun familiegeschiedenis of in een bepaalde gebeurtenis. Dan gaat zoiets écht leven.”