Kamer kritisch over nieuwe zedenwet
Diverse fracties in de Tweede Kamer, ook van de coalitie zijn kritisch over de nieuwe zedenwet van minister Grapperhaus van Veiligheid en Justitie.
„Je doet slachtoffers onrecht aan als je ”seks tegen de wil” niet wilt zien als verkrachting”, zei VVD-Kamerlid Van Wijngaarden dinsdag in Trouw.
Grapperhaus is al lange tijd bezig een wetsvoorstel te schrijven dat het makkelijker moet maken om mensen die een ander tot seks dwingen, te kunnen straffen. Daartoe wil de minister vastleggen dat bij seks tegen iemands wil, het slachtoffer voortaan niet meer hoeft te bewijzen dat hij of zij zich verzet heeft. Momenteel is dat nog wel het geval om een dader te kunnen veroordelen voor verkrachting.
Zes jaar cel
In een eerste wetsontwerp gaat Grapperhaus echter niet zover dat hij alle vormen van seks tegen iemands wil onder de definite van verkrachting schaart. Hij gaat werken met verschillende categorieën. Zo wordt de maximale straf voor ”seks tegen de wil” zes jaar celstraf. Voor het delict verkrachting geldt een maximale celstraf van twaalf jaar.
Dit onderscheid bevalt diverse partijen niet. „Ik vind dat een klap in het gezicht van slachtoffers”, zegt Kuiken. „Alsof het minder erg is wat je hebt meegemaakt als je je niet hebt kunnen verzetten.”
Meerdere partijen willen daarom dat de minister de definitie van verkrachting zoals die nu in de wet staat zodanig verruimt dat alle vormen van onvrijwillige seks wettelijk worden gezien als verkrachting. Dat is bijvoorbeeld ook het geval in Spanje en Zweden. Daar gelden alle vormen van seks zonder wederzijdse toestemming als verkrachting.
Letsel
Kiezen voor één definitie betekent overigens niet dat elke vorm van verkrachting op gelijke wijze gestraft zal worden, benadrukken kritische partijen in de Kamer. De mate waarin iemand geweld heeft gebruikt en letsel heeft aangericht, zal bepalend moeten zijn voor de hoogte van de straf.
In Zweden heeft verruiming van de definitie van verkrachting de laatste jaren geleid tot meer veroordelingen en meer aangiftes. Zo werd in 2017 4895 keer aangifte gedaan van verkrachting en in 2019 5930.
Voorstanders van een ruimere definitie wijzen erop dat misbruikslachtoffers gemakkelijker naar de politie stappen als zij zich gesteund weten door een ruimere omschrijving in de wet.