Verwerpelijke voorlichting
Met subsidie van het ministerie van Onderwijs (kennelijk zit de overheid toch nog niet zo krap in haar geld) is deze maand het homojongerenmagazine Expreszo verspreid op alle middelbare scholen. Althans, dat was de bedoeling. Maar een aantal scholen weigerde het uit te delen. Dat waren zowel christelijke scholen als scholen met veel zwarte leerlingen. Dat is een opvallende combinatie.Bij de christelijke scholen zal het een kwestie zijn geweest van eigen overtuiging, terwijl bij de directies van de zwarte scholen vooral de beduchtheid voor negatieve reacties bij ouders en leerlingen overheerst zal hebben. Maar in beide gevallen stuurde men de bladen terug of werden ze met het oud papier meegegeven.
Die opstelling wekte de toorn op van de meerderheid van de Tweede Kamer. Morgen is daar de voortgangsrapportage homo-emancipatie aan de orde en staatssecretaris Ross moet dan rekenen op kritische vragen. Volgens PvdA, VVD, D66 en GroenLinks dient de overheid op dit terrein actiever worden.
Het overheidsbeleid moet er op gericht zijn homoseksualiteit als een normaal alternatief te presenteren. Zo hebben we dat immers ook in onze antidiscriminatiewetgeving en huwelijkswetgeving vastgelegd. Dat cultuurpatroon moet aan de jongere generatie worden voorgehouden. Dat is tegenwoordig de gangbare redenering.
Gelukkig zijn we in Nederland niet uitgeleverd aan openbare scholen (of daarvan nauwelijks te onderscheiden christelijke scholen) die deze benadering geheel onderschrijven. Reformatorische en andere christelijke scholen hebben nog steeds de vrijheid om dergelijke schunnige bladen te weigeren.
Onder het motto dat men homoseksualiteit bespreekbaar wil maken, wordt daarin immers goedgepraat en als normaal voorgesteld wat God ons in Zijn Woord verbiedt. Ook op dit vlak geldt dat het niet ons ideaal is dat jongeren zelf tot een keuze komen, welke dat ook mag zijn. Het gaat erom dat ze de goede keuze maken. Dat is een heel andere benadering.
Daarbij is het alles bij elkaar genomen een pluspunt dat ook in islamitische kring en, breder genomen, onder allochtonen homoseksueel gedrag wordt afgewezen. Niet dat we altijd gelukkig kunnen zijn met de wijze waarop men daar over homo’s oordeelt en zich ten opzichte van hen gedraagt. Wel is daar nog het besef aanwezig dat homoseksualiteit niet een normale variant is van het menselijk gedrag.
Het verzet tegen bladen die deze gedachtegang propageren beperkt zich daardoor niet tot een kleine groep strengchristelijke scholen, waar overheid en publieke opinie gemakkelijk overheen zouden kunnen walsen. Het is duidelijk breder aanwezig in onze samenleving.
Ook in ander verband bleek onlangs hoe weinig ruimte er in onze geseculariseerde maatschappij is voor mensen die aan de christelijke normen vast willen houden. De nieuwe door Italië voorgedragen eurocommissaris Buttiglione had het vorige week in het Europarlement zwaar te verduren omdat hij als serieus rooms-katholiek homoseksueel gedrag als zondig beschouwt.
Zo’n standpunt kan toch eigenlijk niet meer voor iemand op die post. Velen achtten dat in strijd met de waarden die Europa wil uitdragen.