Katwijkse Yvonne Geers: Ik schaamde me voor mijn laaggeletterdheid
Een boek voorlezen aan haar kinderen kon Yvonne Geers niet. Enveloppen liet ze dicht. Een ritje met de bus kostte haar bakken energie. „Ik schaamde me voor mijn laaggeletterdheid.”
Overal zijn woorden, zegt de 50-jarige Geers. „In de trein, op het straatnaambordje, in de supermarkt. Als je dus onvoldoende kunt lezen en schrijven, ben je heel beperkt in je mogelijkheden om deel te nemen aan de samenleving.”
De inwoonster van Katwijk aan Zee spreekt uit eigen ervaring. Jarenlang kon ze nauwelijks lezen en schrijven. „Uit zinnen kon ik sowieso geen wijs worden”, legt ze uit. „Ik pikte hooguit een paar eenvoudige woorden op. Maar daar bleef het echt wel bij.”
De uit Brabant afkomstige Geers worstelde van jongs af aan al met het onder de knie krijgen van taalvaardigheden. Na een aantal jaar basisschool ging ze naar een onderwijsinstelling voor moeilijk lerende kinderen. Ook daar bleef ze moeite houden met de talige vakken. Toen ze op het beroepsonderwijs zat, kreeg ze een zwaar ongeluk. „Daarvan heb ik ongeveer 2,5 jaar moeten revalideren. Alles wat ik in die paar jaar daarvoor op school geleerd had, was weg.”
Station
Dat ze jarenlang het lezen en schrijven nauwelijks beheerste, was heel lastig, legt Geers uit. „Mijn laaggeletterdheid beperkte mij in de meest alledaagse dingen. Straatnaambordjes kon ik bijvoorbeeld niet lezen. Als ik naar een supermarkt wilde in een plaats die ik niet zo goed kende, was het voor mij een heel gepuzzel hoe ik daar moest komen. En als ik eenmaal in de winkel was gearriveerd, kon ik de productnamen niet ontcijferen.”
Ook reizen met het openbaar vervoer was voor Geers bepaald geen feestje. „In de trein, de bus en op het station wemelt het van de letters”, legt ze uit. „Voor mensen die niet goed kunnen lezen, is het echt niet eenvoudig om precies bij het juiste station uit te stappen. Het kostte mij in ieder geval enorm veel energie.”
Het openbaar vervoer dan maar links laten liggen en de auto pakken, zat er voor Geers niet in. „Ik had geen rijbewijs. Als je nagenoeg niet kunt lezen, is het namelijk onmogelijk dat te halen.”
Schaamte
Via haar ouders hoorde Geers, die toen inmiddels moeder van drie kinderen was, over de mogelijkheid om een speciale variant van volwassenonderwijs te volgen om op die manier taalvaardiger te worden. Ze besloot het een kans te geven. Dat was geen makkelijke stap, zegt de Katwijkse. „Ik schaamde me voor mijn laaggeletterdheid. Slechts een paar mensen uit mijn hele nabije omgeving wisten ervan.”
Eenmaal op het volwassenonderwijs ontdekte ze dat er meer mensen waren met hetzelfde probleem. „Dat kwam mijn zelfvertrouwen behoorlijk ten goede. Ik dacht namelijk dat het alleen aan mij lag dat ik niet kon lezen.”
Inmiddels heeft Geers haar rijbewijs op zak, haalde ze op haar vijftigste nog een horecacertificaat en is ze ambassadeur bij Stichting Lezen en Schrijven. „Daar ben ik allemaal heel trots op. Als je kunt lezen, gaat er echt een wereld voor je open.”
Manifest voor beter leesbeleid
Scholen moeten weer een actief en inclusief leesbeleid gaan voeren waarin leesplezier de boventoon voert. Dat is de strekking van een manifest dat achttien organisaties de ministers Slob (Onderwijs) en Van Engelshoven (Cultuur) dinsdagmorgen aanboden. Zo’n 2,5 miljoen Nederlanders zijn niet leesvaardig genoeg om aan de samenleving te kunnen deelnemen, zegt Gerlien van Dalen, voorzitter van de Lees- coalitie. Laaggeletterdheid heeft grote gevolgen, legt ze uit. „Mensen die onvoldoende leesvaardig zijn, hebben vaak een slechtere gezondheid. Ook sociaaleconomisch doet deze groep het minder goed. Daarnaast wordt laaggeletterdheid vaak van de ene generatie op de andere doorgegeven. Daardoor neemt de kansenongelijkheid toe.” Minister Van Engelshoven gaf aan het onderwerp heel serieus te nemen en daarover graag verder in gesprek te gaan.