Volgens De Jong was het een heftige zomer voor de politie. „Burgers hebben een korter lontje, er was veel meer huiselijk geweld, er waren rellen en grote demonstraties.” In augustus was het een aantal avonden onrustig in de Haagse Schilderswijk. Jongeren zetten brandkranen open, gooiden met stenen en vuurwerk naar agenten en vernielden spullen.

Boeren demonstreerden op het Malieveld en er waren anti-racismeprotesten. Tijdens demonstraties tegen de coronaregels in Den Haag vielen demonstranten agenten aan. „Het was hard werken onder grote spanning. De roosters zijn krap, collega’s komen in risicovolle situaties terecht. Dat neem je allemaal mee in je rugzak. Je ziet het aan het ziekteverzuim, dat neemt landelijk toe.”

De Nederlandse Politie Bond (NPB) is het in grote lijnen eens met de oproep van de ANPV, maar vindt wel dat burgemeesters terughoudend moeten zijn met het afschalen van politie-inzet bij demonstraties. „Demonstreren is een grondrecht”, zegt bestuurslid Albert Springer. „Ik vind dat je goede afspraken moet maken met een groep die een demonstratie aanvraagt. Als ze die afspraken schenden, doordat de demonstratie uit de hand loopt, dan kun je streng optreden. Bijvoorbeeld door een volgende demonstratie van dezelfde groep te verplaatsen naar het buitengebied.”