De Europese Commissie heeft voorgesteld een vermindering van 55 procent ten opzichte van 1990 in de klimaatwet op te nemen. Die doelstelling is al ambitieuzer dan de huidige 40 procent, maar gaat het parlement niet ver genoeg.

Het aangescherpte tussendoel voor 2030 is nodig om van Europa in 2050 zoals afgesproken het eerste klimaatneutrale continent te maken, meent het parlement. Dat moet er dan weer aan bijdragen dat de aarde niet verder opwarmt dan met 2 of liever nog 1,5 graad, zoals in het Parijse klimaatakkoord is overeengekomen.

Door de doelstelling vast te leggen in een klimaatwet, zit de EU eraan vast en is het beleid minder gevoelig voor bijvoorbeeld wisselende machtsverhoudingen. Eerder nam Nederland ook al een nationale klimaatwet aan. Die schrijft nu nog 49 procent minder CO2 in 2030 en 95 procent minder in 2050 voor. Het kabinet hoopt al langer de lat, met alle EU-landen samen, naar een vermindering van 55 procent over tien jaar te tillen.

Het Europees Parlement en de Europese Commissie moeten nu gaan onderhandelen met de lidstaten, waarvan sommige nog weinig voelen voor de ambitieuzere doelen.

Europarlementariër Bas Eickhout, kopstuk van de groenen, spreekt niettemin van “een grote stap vooruit”. Hij ziet nu “een uitgelezen kans voor de Nederlandse regering” om de andere lidstaten mee te krijgen. Om te beginnen met Duitsland, “dat de sleutel is tot een goede uitkomst”.

De groenen, sociaaldemocraten, liberalen en uiterst links stemden woensdag voor het hogere tussendoel, waardoor dat een nipte meerderheid kreeg. Onder meer de christendemocraten keren zich ertegen, omdat de aanscherping bijvoorbeeld veel bedrijven te snel zou gaan en daarom banen zou kosten en gezinnen op hoge kosten zou jagen.

Nu het “zeer onverstandige” en “onverantwoorde” streefcijfer in de klimaatwet wordt opgenomen, trekken de CDA’ers in het EP zelfs hun handen af van de wet. “Het parlement vliegt hier uit de bocht”, zegt Esther de Lange, een kopstuk van de christendemocraten. “Het lijkt er op dat partijen op de linkerflank door een wedstrijdje ‘wie is de groenste’ de realiteit uit het oog zijn verloren.”

Het is nog onduidelijk of ook de andere christendemocraten hun steun aan de klimaatwet onthouden of tegen stemmen. Ook zonder hen moet het voorstel het wel halen, maar de meerderheid wordt dan dunnetjes. Dat maakt de positie van het EP in de onderhandelingen met de commissie en de lidstaten minder sterk.