Buitenland

Hazelnoten hebben de toekomst

Door een gunstige prijs per hectare stappen steeds meer Italiaanse boeren over op de aanplant van hazelaars. Dat is onder andere te danken aan de populariteit van Nutella.

Ewout Kieckens
5 October 2020 19:27Gewijzigd op 16 November 2020 20:34
Schaalgrootte maakt de hazelnootteelt lucratief, becijfert landbouwhoogleraar Cristofori. beeld Ewout Kieckens
Schaalgrootte maakt de hazelnootteelt lucratief, becijfert landbouwhoogleraar Cristofori. beeld Ewout Kieckens

Vanachter een rij met hazelaars klinkt er gebrom. Dan komt er een landbouwmachine tevoorschijn, een overmaatse stofzuiger op vier wielen en een cabine erop. De machine heeft aan de voorkant twee grote draaiende schijven die eruitzien als de borstels van de veegmachine die in grote steden de straat schoonmaakt. De borstels maken cirkelbewegingen over de grond en vegen daarmee hazelnoten naar het midden van het pad. Een grote zuiger die op de machine is gemonteerd, slikt vervolgens de vruchten in. Het gaat reuzesnel. Binnen twintig seconden heeft de bestuurder de bodem rond vijf struiken afgewerkt. Op deze manier kan één persoon de gehele oogst binnenhalen.

Van een afstand kijkt Valerio Cristofori toe. „Mechanisatie is de enige manier om de concurrentie voor te blijven”, zegt de hoogleraar in de land- en bosbouwwetenschappen van de universiteit van Viterbo, 80 kilometer ten noorden van Rome. Tot begin jaren tachtig van de vorige eeuw waren het vrouwen die handmatig de oogst binnenhaalden. Cristofori kan zich nog herinneren hoe de vrouwen de vruchten in hun schort deden. Zo wordt het nog steeds gedaan in grote delen van Turkije, de concurrent van de Italiaanse hazelnootproducenten.

Tien jaar geleden stond er graan op het veld waar nu de ‘stofzuiger’ rijdt. Agrariërs in de provincie Viterbo zijn de laatste jaren massaal overgegaan op de aanplant van hazelaars. De reden is dat de markt voor hazelnoten in de lift zit (zie ”Ruim 6 euro per kilo”). En dat is al jaren zo. Maar het overstappen is geen besluit dat je van de ene dag op de andere neemt. Voordat een hazelaar de eerste vruchten draagt, gaan er vijf jaar overheen.

Struikachtige plant

Romeo Stelliferi is de grootste hazelnotenboer van de provincie Viterbo. Hij is bovendien een van de belangrijkste hazelaarkwekers ter wereld. Stelliferi staat zelden meer in de klei. Gekleed in een brandschoon wit overhemd, een beige pantalon en op suède schoenen loopt hij langs een veld met jonge aanplant. „Deze planten zijn als stekjes overgezet van het moederveld. Hier blijven ze één tot twee jaar staan, zodat ze aansterken en verder groeien. Tussen november en maart van het tweede jaar worden ze verkocht. Dat is de periode na de oogst in september. Dan lopen de planten minder stress op bij het overzetten”, vertelt Stelliferi. De ondernemer verkoopt jaarlijks een half miljoen hazelaars in binnen- en buitenland.

2020-10-05-ACH20-Flex-hazelnootstofzuiger-4-FC_web.jpg
De oogst van hazelnoten is grotendeels gemechaniseerd. Een overmaatse stofzuiger raapt de noten op. beeld Ewout Kieckens

Als de hazelaar eenmaal in zijn nieuwe en definitieve behuizing staat, duurt het nog drie jaar voordat hij vrucht geeft. De struikachtige plant is dan zo’n 4 meter hoog. Hazelaars hebben een lang leven. Ze kunnen wel tachtig jaar worden.

Stelliferi zegt dat hij er ook een heeft die 100 jaar oud is. Dat moet een van de eerste zijn geweest die in het gebied ten noorden van Rome zijn aangeplant. In 1920 kwam in de provincie Viterbo de productie van hazelaars op gang. Tegenwoordig is er bijna 20.000 hectare mee aangeplant. De komende jaren komt daar 5000 hectare bij.

Landbouwtechniek

De hazelaar is een ijzersterke plant, vertelt Cristofori, die als eigenaar van een bescheiden terrein aan hazelaars ook is ingevoerd in de praktijk. De plant heeft een aantal onderstammen en veel bladeren, waardoor het een dichte struik is. Jonge scheuten en overtollige of oude onderstammen en takken moeten jaarlijks goed worden gesnoeid om de plant optimaal te laten renderen.

„Omdat de personeelskosten hoog zijn, investeren veel telers in de provincie Viterbo in machines. Niet voor niets heeft de provincie een kleine, maar gedegen export van landbouwmachines die gespecialiseerd zijn in het snoeien, aanplanten en oogsten van onder andere notenbomen”, zegt Danilo Monarca, collega van Cristofori en hoofddocent landbouwtechniek. Zo is de ‘stofzuiger’, ofwel de zelfrijdende oogstmachine, een vinding van een fabrikant in Vitorchiano (op 8 kilometer van de stad Viterbo) die zijn landbouwmachines over de hele wereld verkoopt.

Het geluk van de hazelnoot is dat de oogst niet zozeer een kwestie is van plukken, zoals bij fruit en olijven, maar rapen van de grond. Dat is minder arbeidsintensief. Het overgrote deel van de noten valt spontaan. Maar de noten moeten niet te lang op de grond blijven liggen. Ze hebben de neiging om vocht te absorberen en dat komt de kwaliteit van de vrucht niet ten goede.

Om dat voor te zijn wordt er met de stofzuiger vaker geoogst, soms wel één keer in de tien dagen. De mechanisering houdt na de oogst niet op. In de lokale coöperatie (180 leden) in Ronciglione, 22 kilometer van Viterbo, worden in september dagelijks ladingen hazelnoten aangevoerd, die door machines automatisch worden gescheiden van plantenresten. De noten worden daarna in enorme metalen silo’s –type centrifuge– gedroogd.

De hazelnoten uit dit gebied zijn van het inheemse ras ”Tonda gentile romana”. Zoals de naam aangeeft zijn ze rond (”tonda”) en hebben ze een vrij grote doorsnede. De hazelnoten gaan vooral als hazelnootpasta en als ingrediënt van hazelnoot- en chocolademengsels naar grote zoetwarenproducenten.

Dat het ook anders kan, is te zien bij de kleinschalige hazelnoot- en chocolademaker Cimina, een van de weinige lokale producenten. In een klein laboratorium in Capranica (20 kilometer van Viterbo) mengen drie vrouwelijke medewerkers vloeibare hazelnootpasta en chocolade in vormen. Aan het eind van het proces worden dikke plakken met de hand zorgvuldig ingepakt alsof het cadeaus zijn. En gezien de prijs is dat misschien ook wel terecht.

Monocultuur

De populariteit van de hazelaar heeft ertoe geleid dat er in delen in de provincie Viterbo sprake is van monocultuur. „De negatieve effecten van monocultuur zijn in het geval van de hazelaar minimaal”, meent Cristofori. Hazelaarteelt is geen intensieve landbouw, omdat er maximaal 500 bomen per hectare worden aangeplant. De plant heeft die vrije ruimte, zo’n 20 vierkante meter, nodig om goed te gedijen.

Olijfbomen daarentegen worden tegenwoordig veel dichter op elkaar gezet. In Spanje is de olijfteelt zo sterk gerationaliseerd dat er wel 4000 bomen per hectare worden aangeplant, vertelt Cristofori. De dichtbegroeide hazelaarstruik neemt relatief veel koolstofdioxide uit de atmosfeer op. Dat is goed voor het milieu.

De hazelaar heeft niet alleen bewonderaars, zoals Cristofori en Nutellaliefhebbers, maar ook vijanden, met name de bruingemarmerde schildwants. Ook de hazelnootboorder kan grote schade aanrichten. Er is weinig inbeeldingsvermogen nodig voor hoe dat insect te werk gaat: het vrouwtje legt een eitje in de hazelnoot wanneer de vruchtwand nog zacht is. Als de larve zich aan het vruchtvlees te goed heeft gedaan, boort hij zich door de inmiddels verhoute wand naar buiten. Het gevolg is letterlijk een lege huls.

2020-10-05-ACH20-Flex-hazelnotenveld-6-FC_web.jpg
Steeds meer agrariërs in de provincie Viterbo stappen over op de teelt van hazelnoten. Wat Nutellafabrikant Ferrero betreft, groeit het areaal in Italië de komende jaren met 30.000 hectare. beeld Ewout Kieckens

Ruim 6 euro per kilo

De Italiaanse landbouw staat niet alleen gelijk aan druiven en olijven. Ook de hazelnoot hoort bij Italië. Niet voor niets verwijst de wetenschappelijke naam, Corylus avellana, naar de stad Avella, bij Napels. Plinius de Oudere gebruikte in ”Naturalis Historia”, zijn beroemde werk uit de eerste eeuw na Christus, een soortgelijke naam: Avellana nux sylvestris ofwel ”wilde noot uit Avella”.

Hazelnoten waren in de oudheid geliefd, en zijn het tegenwoordig weer. Dat heeft te maken met onder andere de voedselwaarde (vitamine E) van de noot, maar ook met Pietro Ferrero. Deze man vond 55 jaar geleden Nutella uit. Sindsdien is de wereld dol op hazelnootpasta. Tegenwoordig gaat niet minder dan een kwart van de wereldproductie naar Alba (bij Turijn), waar Ferrero zijn hoofdkantoor heeft.

Volgens de International Nut and Dried Fruit Council, de belangrijkste koepelorganisatie van deze sector, kwam de wereldproductie in 2019 uit op ruim 500.000 ton hazelnoot (zonder schil), een stijging van 60 procent in tien jaar tijd. De grootste producent is Turkije met 70 procent. Daarna komen Italië (11 procent), Azerbeidzjan (5 procent), Georgië (4 procent) en de Verenigde Staten (3 procent).

De vraag naar hazelnoot heeft ertoe geleid dat het areaal met hazelaars in Italië (en met name rond Viterbo) fors groeit. Dat gebeurt mede onder invloed van Ferrero, dat een plan heeft opgesteld waarbij het areaal in Italië de komende jaren met 30.000 hectare moet worden vergroot. Grote stimulans om aan deze teelt te beginnen is de prijs per 100 kilo hazelnoten. Die is een stuk hoger dan die van andere gewassen. „De prijs wordt gemeten naar de opbrengst van de noot zonder schil. De opbrengst heeft een factor die ligt tussen ongeveer 0,4 en 0,5,” zegt prof. Cristofori. De rekensom is snel gemaakt. Bij een opbrengst van 0,4 en een kiloprijs van 6,20 euro, zoals die momenteel geldt, brengt 100 kilo hazelnoten (zonder schil) 248 euro op. Een hectare hazelaars levert gemiddeld 2,5 ton hazelnoten op. De totale opbrengst per hectare ligt zodoende rond de 6000 euro. Cristofori rekent verder uit dat de kosten (personeel, bemesting, pesticiden, afschrijven van machinepark, coöperatiedeelname) ongeveer 2500 euro per hectare is. Schaalgrootte werkt sterk in het voordeel. Vanaf 20 hectare worden de kosten aan personeel en machinerie flink naar beneden geschroefd.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer