EU, laat Taiwan niet in China’s handen vallen
”Als Taiwan valt.” Een onheilspellende kop in een prominente Duitse krant. Wacht de wereld een Chinese invasie in de democratische Republiek China (Taiwan)? Hoog tijd om Taiwan internationaal te steunen en uit zijn isolement te verlossen.
Meer dan gewoonlijk beroert de ”kwestie Taiwan” dit jaar de westerse gemoederen. Evengoed in Europa als in Amerika. Kern van het vraagstuk is de nationalistische droom van de Chinese leider Xi Jinping om de ”afvallige provincie” Taiwan te ”herenigen” met de Volksrepubliek. Tot voor kort voegde Peking voor ”hereniging” nog het woord ”vreedzaam” toe. Een veelzeggende weglating. Niet alleen deze omissie is voor Chinawaarnemers aanleiding tot een serieuze discussie over snode Pekingse militaire plannen tegen de eilandstaat Taiwan. De fragiele vrede die momenteel heerst in de Straat van Taiwan geeft er ook redenen voor.
Een teken van de gespannen situatie is de haast waarmee Taiwans presidente Tsai Ing-wen werkt aan defensieve versterkingen (lees: afschrikkingsmiddelen tegen vasteland China). Ter verklaring van de forse inkooplijst van militaire middelen zei Taiwans diplomatieke vertegenwoordiger in Washington onomwonden „elke poging tot een invasie zeer pijnlijk te zullen maken.”
Opmerkelijk is de kanttekening die Steve Tang, directeur van het China Instituut van de Universiteit van Londen, plaatst bij de moeilijkheidsgraad van zo’n Chinees landingsscenario op de steile kust van Taiwan: „Het gaat om een zeer complexe operatie die de landing in Normandië vergelijkenderwijs ongecompliceerd doet schijnen.”
Intussen maken de VS door regelmatige maritieme patrouilles in de Straat van Taiwan aan China zichtbaar duidelijk dat ze krachtig stelling willen nemen tegen meerdere grote militaire oefeningen van Peking nabij Taiwanees territorium. Dat past ook binnen een ”politiek van strategische helderheid” die vooraanstaande buitenlandspecialisten in Washington bepleiten.
Paria’s
Voor (ook) Europese alertheid inzake de zich toespitsende politieke en militaire druk van China op Taiwan vraagt de Duitse sinologe Kristin Shi-Kupfer (Mercator Instituut, Berlijn) nadrukkelijk aandacht. De Chinadeskundige wijst op het feit dat de VS politiek de handen vol hebben aan zichzelf in deze turbulente tijd van verkiezingscampagnes. Deze situatie wordt in Peking natuurlijk nauwlettend in de gaten gehouden. „Enkele krachten binnen het Chinese militaire apparaat hebben gezegd: „Wanneer niet nu, wanneer dan?” En zij dringen er bij de Chinese regering al jaren op aan om harder op te treden tegen Taiwan”, licht Shi-Kupfer toe.
Tegen de achtergrond van toenemende Chinese intimidatie van Taiwan dient de EU ruggensteun te bieden aan Taipeh, de regeringszetel van Taiwan, stelt de Duitse sinologe. Laat de EU zich inzetten voor een Taiwanees lidmaatschap van de Wereldgezondheidsorganisatie WHO. En verhoog internationaal het diplomatieke aanzien van de Taiwanese regering door het zenden van delegaties met politiek gewicht.
Deze aanbevelingen leggen de vergaande concessies bloot die de EU sinds jaar en dag jegens China doet in het kader van de zogeheten ”één-China-politiek”. In de praktijk komt het erop neer dat Europa de officiële vertegenwoordigers van de democratische rechtsstaat Taiwan als paria’s behandelt. Uit pure vrees voor Chinese ergernis.
Aan deze regelrechte schande heb ik mij als EP-rapporteur voor de relaties EU-China consequent onttrokken. Ter voorbereiding van vier rapporten reisde ik evengoed naar Taipeh als naar Peking. Bovendien ben ik de meerderheid van mijn oud-collega’s nog altijd zeer dankbaar dat zij in resoluties schriftelijk vastlegden dat de toekomst van Taiwan in de handen dient te liggen van de 23 miljoen Taiwanezen en niet in die van de Chinese Communistische Partij. Kortom, behandel Taiwan als een partner en niet als een paria!
En deze parlementaire lijn wordt vandaag in Brussel tot mijn grote voldoening doorgetrokken door oud-collega Reinhard Bütikofer, voorzitter van de Chinadelegatie van het Europees Parlement. Samen met acht andere Europese waarnemers van de Volksrepubliek publiceerde hij op 14 september de stellingname dat „de EU haar Chinapolitiek moet wijzigen.” Daarin heet het: „Europa moet Taiwans democratie, die voor haar overleving vecht, sterker ondersteunen.” En dan volgen zeven concrete voorstellen die allemaal samenwerking met Taiwan inhouden.
De slotzin van het document luidt: „Europa dient China duidelijk te maken dat het ernstige risico’s aan zal gaan wanneer het tot de aanwending van geweld zal besluiten: China riskeert een economische en politieke breuk met de democratieën van Europa omdat wij ons niet zullen onderwerpen aan een dictaat van de Volksrepubliek.”
Beschamend
De EU en haar lidstaten moeten met spoed de diplomatieke dwangbuis van de ”één-China-politiek” achter zich laten. Dit beleid is beschamend vanwege het onmiskenbare profijt dat Europa uit de samenwerking met de dynamische eilandstaat Taiwan trekt. Denk aan onderzoek naar hernieuwbare energieën en groene technologieën. Niet voor niets geniet Taiwan de verdiende reputatie dat het een open economisch en innovatiesysteem op rechtstatelijke basis bezit, met uitstekend opgeleide vakkrachten.
Het ”één-China-beleid” van de EU werkt ook contraproductief. Ter illustratie een actueel voorbeeld: „Als Taiwan officieel lid van de Wereldgezondheidsorganisatie zou zijn geweest”, tekent sinologe Kristin Shi-Kupfer aan, „dan zou de wereld veel sneller en systematischer van de Covid-19-ervaringen uit Taiwan hebben kunnen leren. In plaats daarvan bleef Taiwan, ondanks een gering aantal besmettingen, de toegang tot de EU belet. De Europese staten wilden het land niet anders behandelen dan de Volksrepubliek, om Peking niet te ergeren.”
Mijn devies is: Brussel en Den Haag, behandel Taipeh als een gelijkgezinde, vooruitstrevende partner in de internationale gemeenschap en leg de slaafse, immorele en contraproductieve houding jegens Peking eindelijk af!
De auteur studeerde Chinese geschiedenis en was EP-rapporteur voor de betrekkingen EU-China.