Visegrád-landen wijzen EU-migratieplan af
De eerste officiële afwijzing van het nieuwe Europese asiel- en migratiebeleid is binnen: Polen, Tsjechië, Hongarije en Slowakije zeggen „nee” tegen het plan.
De premiers van Polen, Tsjechië en Hongarije verklaarden dit donderdag in Brussel. Zij bezochten amper 24 uur na de presentatie van het nieuwe EU-migratiebeleid de Europese Commissievoorzitter Ursula von der Leyen. De premier van Slowakije werd door de Tsjechische regeringsleider Andrej Babis vertegenwoordigd.
Babis stelde dat de focus van het nieuwe EU-beleid zou moeten zijn op het stoppen van migratie, niet op quota’s of herverdeling van de asielzoekers in de EU. De Tsjech wil dat de boodschap vanuit Brussel is dat „deze mensen echt in hun thuisland moeten blijven wonen.” De voorgestelde plannen en regels van de Commissie op woensdag zijn volgens hem „onacceptabel.”
Ook de Hongaarse premier Viktor Orban staat niet achter het nieuwe EU-migratiepact. Hij is van mening dat „de doorbraak komt wanneer het Hongaarse voorstel wordt aangenomen dat stelt dat niemand het grondgebied van de Europese Unie mag betreden totdat een van de lidstaten hun asielaanvraag goedkeurt.” Orban ziet het liefst dat alle asielzoekers in niet-Europese nabuurlanden worden tegengehouden.
De positie van de Italiaanse premier Giuseppe Conte staat echter lijnrecht tegenover die van de Oost-Europese premiers. Conte wil juist meer solidariteit en gedeelde verantwoordelijkheid binnen de EU zien. „Zekerheid over de terugkeer en de herplaatsing van asielzoekers is nodig.” Europese grenslanden waar de asielzoekers in eerste instantie aankomen, zoals Italië, kunnen het volgens hem niet alleen aan.
Het nieuwe migratiebeleid staat op de agenda van de volgende EU-top, die naar volgende week is uitgesteld. Dan zullen de 27 EU-leiders de balans opmaken.