Robeco sluit grootste fossiele vervuilers uit van alle fondsen
Vermogensbeheerder Robeco scherpt het duurzaamheidsbeleid verder aan en sluit de meest vervuilende fossiele brandstofbedrijven uit van alle investeringsfondsen. Eind dit jaar belegt geen enkel Robeco-fonds nog in deze bedrijven.
Het gaat om bedrijven die 25 procent of meer van hun omzet halen uit kolen of teerzandolie. Ook worden bedrijven uitgesloten die minstens 10 procent van hun inkomsten uit oliewinning op de Noordpool halen. Olie uit teerzand is volgens Robeco de meest vervuilende manier van oliewinning en de kans op olielekkage is bij boringen op de Noordpool veel groter dan bij gebruikelijke olie- en gasverkenningen.
De stap is van toepassing op alle fondsen. Eerder sloten alleen de duurzaamheidsfondsen van Robeco fossiele brandstofbedrijven uit en gold de uitsluiting alleen voor kolenbedrijven. Robeco zegt dat de grootste vervuilers bijdragen aan een onveranderbare impact op het milieu en het „kwetsbare ecosysteem van de Noordpool”.
Robeco zet hiermee een verdere stap in hun klimaatbeleid. Carola van Lamoen, hoofd van het expertisecentrum op duurzaam beleggen van Robeco, legt uit dat de vermogensbeheerder zich heeft gecommitteerd aan de klimaatdoelen van Parijs. „Daarom nemen we afscheid van bedrijven met de hoogste CO2-uitstoot.” Daarmee hoopt de vermogensbeheerder dat andere beleggers ook stoppen met investeren in bedrijven die veel CO2-uitstoten. „Dan kun je als sector een signaal afgeven.”
Volgens Van Lamoen is met de stap een „substantiële” verkoop van beleggingen gemoeid, van ongeveer 100 miljoen euro.
Van Lamoen noemt het uitsluiten „een laatste redmiddel”. „Vanuit je positie als aandeelhouder kun je in gesprek gaan met zo’n bedrijf en veel bereiken, maar deze bedrijven staan zover af van een economie met minder CO2-uitstoot, daarom is deze stap genomen.”
In 2018 stopte Robeco al met investeringen in bedrijven in de tabaksindustrie en palmolie.