Het Openbaar Ministerie verdenkt hem van een poging tot moord. P. heeft bekend bij de politie, maar ontkende bij de eerste inleidende zitting in de rechtbank. „Ik heb meneer niet met een mes neergestoken”, zei hij. Op verzoek van het Openbaar Ministerie wordt P. in het PBC psychisch onderzocht. Mogelijk kampt hij met mentale problemen, denkt ook zijn advocaat.

Het slachtoffer werd 19 juni meerdere keren met een mes geraakt, in zijn hoofd, hals, borst en buik. Hij zat op dat moment in zijn auto, die geparkeerd stond voor het station. De man raakte zwaargewond. Hij vermoedt een aanslag door de Iraanse regering omdat hij banden heeft met de Nederlandse tak van de Koerdische Democratische Partij Iran (KDPI). De man is jaren geleden gevlucht vanuit Iran. Het OM heeft dit scenario onderzocht, maar geen aanwijzingen gevonden.

Het is niet bekend wanneer de zaak inhoudelijk wordt behandeld. Over maximaal drie maanden is er weer een korte tussentijdse zitting. P. blijft in voorarrest. Hij zei tegen de rechters dat hem in de gevangenis gif is toegediend en hij onder grote psychische druk staat. Hij is daarom in hongerstaking gegaan. P. onderbrak die donderdag vanwege de zitting. „Maar ik ga ermee door.”