Bijdrage toerisme aan economie bijna gehalveerd
De bijdrage van de toerismesector aan de economie is in de eerste helft van 2020 bijna gehalveerd, terwijl die vorig jaar een record bereikte. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
De onderzoekers kunnen eigenlijk alleen aan de hand van gegevens over een heel jaar berekenen hoeveel toerisme toevoegt aan de economie. Maar om de gevolgen van de coronacrisis in kaart te brengen, heeft het CBS een inschatting gemaakt op basis van de nu beschikbare cijfers. Daarvoor heeft het bureau gekeken naar de belangrijkste bedrijfstakken in de toerismesector. Dat zijn onder meer de luchtvaart, horeca, reisbureaus en de cultuursector.
De statistici schatten dat de bijdrage die de toerismebranche levert aan de economie in de eerste helft van dit jaar met 45 procent is gekrompen vergeleken met dezelfde periode in 2019. De krimp was het grootst bij bedrijven in de luchtvaart, reisbemiddeling en reisorganisatie. Het CBS berekent de toegevoegde waarde van de toerismesector door de opbrengsten in kaart te brengen en daar de uitgaven van af te trekken die daarvoor nodig waren.
Het aantal banen daalde niet zo hard als de toegevoegde waarde. „Door de tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging voor Werkgelegenheid (NOW) konden werknemers worden doorbetaald bij omzetverlies”, verklaren de onderzoekers. „Desalniettemin behoorden de belangrijkste toeristische bedrijfstakken tot die waar de meeste banen verloren gingen.”
In 2019 beleefde de toeristische sector juist een recordjaar. Die voegde toen 32 miljard euro toe aan de economie en was goed voor 813 duizend banen. De groei kwam toen vooral van de buitenlandse toeristen. Die gingen hier op vakantie of deden via een Nederlands bedrijf een boeking voor een reis naar een ander land.