Prof. dr. Theo Boer: Coronacrisis legt gebrek aan solidariteit bloot
Wat heeft God, onze Schepper, Onderhouder en Voleinder, met de pandemie te maken? vroeg ethicus prof. dr. Theo Boer zich woensdag af tijdens de opening van het academisch jaar van de Protestantse Theologische Universiteit (PThU).
„Afgezien van een enkel inspirerend gelovig geluid ben ik nog geen enkele theoloog op het spoor gekomen die een duiding geeft die onze adem doet stokken, die ons raakt, troost, tot actie aanzet”, aldus Boer. Vanwege de coronamaatregelen waren er circa honderd aanwezigen bij de opening van het academisch jaar in de Martinikerk in Groningen. De bijeenkomst was daarnaast online te volgen.
De plechtigheid begon met de openingslezing van prof. dr. De Graaf over ”radicale verlossing”. Daarna was er een mini-symposium met als titel ”Theologie in crisistijd”. Daarbij kwamen thema’s als maakbaarheid, solidariteit en nabijheid aan de orde.
Boer, hoogleraar aan de PThU, besprak het thema ”solidariteit”. In deze coronacrisis valt een gebrek daaraan te bespeuren, stelde hij. „De eerste barsten dienden zich aan toen het scenario van triage zich aanbood. Ouderen zouden minder kansen moeten krijgen, want zij hebben in het leven hun deel al gehad.” Daarnaast noemde Boer de prioritering van de economie. „Het gebrek aan solidariteit is pijnlijk.”
Prof. dr. Heleen Zorgdrager, werkzaam als hoogleraar aan de PThU, besprak het thema ”maakbaarheid”. Mensen reageren verschillend op crises, zo stelde zij. „Maar de algemene impact van deze pandemie is toch wel ontregeling, of zelfs ontreddering. Zorgdrager wilde in elke geval „geen hijgerige theologie, geen nu al lessen trekken uit de coronacrisis, geen mentale vlucht uit de situatie van ontregeling.” Theologisch gaf Zorgdrager aan het te zoeken in: „realisme, remaining, radicale eschatologie en riskeren.”Dr. Erica Meijers, eveneens werkzaam aan de PThU, hield een bijdrage over ”racisme en nabijheid”. Zij stelde dat angst misschien wel het belangrijkste struikelblok voor nabijheid tussen mensen is. „Nabijheid vraagt moed, want echte nabijheid betekent niet alleen dicht bij de onbekende ander zijn, maar ook dichter bij het onbekende in jezelf.” Meijers liet aan de hand van het boek ”The Water Dancer” van Ta-nehisi Coates zien op welke manier de ingewikkelde relatie tussen angst, nabijheid en racisme een rol speelt.
Radicale verlossing
Eredoctor aan de PThU, prof. dr. Beatrice de Graaf, knoopte in haar lezing aan bij haar nog te verschijnen boek ”Radicale verlossing. Wat geloven terroristen”. In haar lezing benoemde ze het verlangen in de samenleving, maar in het bijzonder ook bij radicale groepen, zoals extremisten of zelfs terroristen, naar een afrekening met onrecht en tekort.
Ze stelde dat de terminologie van opoffering en verlossing weer veel vaker de kop opsteken; en dat de kerk en haar theologen daar meer oog voor zouden moeten hebben. De Graaf gaf een overzicht van de rol die verlossing speelt in verschillende religies. In alle religies komt het begrip voor, maar daarbuiten speelt het ook een rol. „Verlossing komt op een bepaalde manier in vrijwel alle ideologieën terug, van links tot rechts.”
De vraag is dus hoe er vorm aan de sociale beleving van verlossing wordt gegeven. „Hoe wordt verlossing genormeerd en voorgeschreven? Religie is daarbij wel vaak een versterkende factor.”
De hoogleraar ging dieper in op hoe terroristen en extremisten verlossing beleven. „Een keuze voor martelaarschap is een extreme daad van boetedoening met als doel verlossing.” Een belangrijke vraag is waarom jongeren naar Syrië wilden vertrekken. De Graaf gaf als duiding dat „het gaat om verlangen naar zin, en naar radicaal ongeduld om een tekort op te vullen en die zin hier en nu te voelen, te beleven.”
Ze vroeg zich daarna af hoe een christelijk “contrapunt” eruit kan zien. „Nemen wij dat verlangen naar een opheffing van tekort, naar bevrijding van onrecht en van persoonlijke worsteling met tekort wel serieus genoeg – zoals zich dat onder radicale jongeren manifesteert? Of in de samenleving nu, waar mensen lijden onder de Covid-19-crisis?De kerk is toch de plek waar moet worden gewerkt aan de wording van de ”volwassen mens” zoals Efeze 4 het beschrijft. Dat is de mens die verlossing echt serieus neemt, en begrijpt dat christenen als leden van het lichaam van Christus hem moeten navolgen in het troosten en steunen van mensen in nood. Zo kunnen ze nu al boodschappers van de verlossing te zijn, en zichzelf zouden moeten geven, in navolging van de Heer en uit liefde voor de schepping.”