Minister Schouten haalt omstreden veevoermaatregel van tafel
Een verplichte aanpassing van het krachtvoer dat melkveehouders hun dieren geven, is definitief van tafel. De maatregel was bedoeld om de stikstofuitstoot van de sector te verminderen, maar levert in dat verband te weinig op. Dat meldt landbouwminister Carola Schouten aan de Tweede Kamer.
De nieuwe regels leidden tot felle protesten van boeren. Zij betoogden dat minder eiwitrijk voer naast de melkproductie ook de gezondheid van hun koeien zou schaden. Eerder deze week liet het ministerie al weten daar serieus naar te kijken, ook omdat door het droge en warme weer de kwaliteit van het gras te wensen zou overlaten.
Onderzoek van Wageningen University & Research (WUR) wijst uit dat het zogeheten ruwvoer, zoals gras, door de droogte inderdaad minder eiwit bevat. Daardoor zouden melkveehouders meer krachtvoer moeten gebruiken om hun dieren gezond te houden, wat het effect van de maatregel teniet zou doen.
Schouten spreekt tegen dat zij gezwicht is voor de druk van boeren, waarbij de meest radicale tegenstanders haar zelfs persoonlijk bedreigden. „Dit is echt gebaseerd op de cijfers”, zegt zij. „Het was een maatregel die effect leek te gaan hebben maar door de droogte is dat niet zo. En een maatregel die niks oplevert, ga ik ook niet invoeren.”
De tijdelijke veevoermaatregel had in de periode september tot en met december voor minder stikstofuitstoot moeten zorgen. Daardoor zou ruimte ontstaan om op korte termijn de vergunningverlening voor de woningbouw en voor enkele wegenprojecten vlot te trekken.
Van de stikstofruimte die vrijkomt door de eerder ingezette warme sanering van de varkenshouderij, wordt nu een groter deel benut om, zij het met „ietwat vertraging”, toch te kunnen bouwen. Die opbrengst zou eigenlijk worden ingezet voor een pakket om vanaf volgend jaar structureel meer vergunningen te kunnen verlenen.
Daarmee ontkomt de landbouwsector overigens niet aan maatregelen om de stikstofuitstoot blijvend te verlagen. Bij dat structurele pakket voor na 2020 zal van de landbouw nu een grotere bijdrage worden gevraagd. „De opgave staat nog steeds”, aldus Schouten. „We zijn al aan het nadenken hoe we die precies gaan invullen.”