Veenendaal in overleg over Zwarte Piet
Het college van Veenendaal gaat met organisatoren van sinterklaasfestiviteiten in gesprek over alternatieven voor Zwarte Piet. Daarmee geeft het gevolg aan een motie van DENK, GroenLinks en D66, die ook door de ChristenUnie en twee van de vier SGP-raadsleden werd gesteund.
Sinterklaas moet een feest zijn voor alle kinderen en hun ouders, aldus de indieners van de motie. Zwarte Piet heeft nu volgens hen racistische kenmerken die groeperingen in de samenleving als kwetsend ervaren. Bij de intocht van de Sint in Veenendaal waren vorig jaar naast traditioneel geschminkte zwarte pieten al enkele roetveegpieten aanwezig.
De motie roept het college op „verbindende gesprekken te voeren met instellingen en organisaties, zoals Winkelstad Veenendaal, die publiekelijke sinterklaasfestiviteiten organiseren en nog steeds ‘gebruikmaken’ van Zwarte Piet, en hen te vragen om vanaf dit jaar alleen maar gebruik te maken van de alternatieve vormen van Zwarte Piet.” Het voorstel werd met 20 stemmen voor en 13 tegen aanvaard.
In de SGP-fractie wordt over het onderwerp verschillend gedacht, liet woordvoerder Theo van Iperen weten. „Er zijn personen –ik ben er daar één van– die de laatste jaren een ontwikkeling doormaakten, ook door contacten met bijvoorbeeld gezinnen die adoptiekinderen hebben. Mensen kunnen er oprecht last van hebben dat ze geconfronteerd worden met Zwarte Piet. Een verbinding tussen racisme en Zwarte Piet wil ik echter niet te zwaar aanzetten.” In het voortraject had Van Iperen dan ook de indieners verzocht de motie „zo neutraal en zo verbindend mogelijk” op te stellen.
ChristenUnie-woordvoerder Willem van Braak citeerde een Bijbeltekst: Als één lid lijdt, dan lijden alle leden. „Wij vierden nooit Sinterklaas met de gedachte dat Zwarte Piet racistisch zou zijn. Sterker nog, tot op vandaag hebben wij die bedoeling daar niet mee. Maar als er mensen zijn in onze samenleving die Zwarte Piet wel als racistisch ervaren, moeten we dat serieus nemen om zo het kinderfeest voor de toekomst veilig te stellen.”
In goed overleg aan organisaties vragen of alternatieve zwarte pieten mogelijk zijn, is volgens Van Braak de passende toon. „Wij gaan niemand iets opleggen vanuit het gemeentehuis.” CDA-fractievoorzitter Harold Schonewille had wel moeite met de motie. Volgens hem moet de politiek zich niet met de maatschappelijke discussie over Zwarte Piet bemoeien. Dat vond ook de VVD.
De insteek van de motie hielp fracties over de streep. „Dit is geen verbod op Zwarte Piet, maar een oproep tot een oplossing”, aldus Pro Veenendaal. Wethouder Dylan Logtenberg (VVD), die evenementenbeleid én integratie in zijn portefeuille heeft, was daar ook blij mee. „Het college gaat het gesprek nadrukkelijk in die verbindende sfeer aan. Wij zullen niet met het morele vingertje wijzen, zo van: Als je toch aan Zwarte Piet vasthoudt, ben je een racist. Van die polarisatie willen wij als overheid heel ver blijven.”