„Boerenprotest was terecht”
„Een mail beantwoorden hoeft niet ’s avonds om elf uur; dat mag ook de volgende morgen.” De Overijsselse gedeputeerde Ten Bolscher geeft zijn ‘vermaning’ aan het adres van een ambtenaar als voorbeeld van de „inzet en betrokkenheid” van zijn staf. Die staat soms voor moeilijke vraagstukken. „Maar we kunnen hier echt iets voor inwoners en ondernemers in Overijssel betekenen.”
In 1919 was Overijssel een van de eerste twee provincies waar een SGP’er in Provinciale Staten kwam; tegelijk met Zeeland. Een eeuw later kreeg Overijssel voor het eerst een SGP’er in het college van Gedeputeerde Staten; en zijn enige SGP-collega woont in Zeeland.
Ir. Gert Harm ten Bolscher (51) was vier jaar statenlid toen hij doorschoof naar GS. „CDA, VVD, CU en PvdA kwamen er met Forum voor Democratie niet uit. Toen was de SGP nodig om een meerderheidscollege tot stand te brengen”, vat Ten Bolscher bondig samen. „Daarbij speelde een rol dat we ons in de oppositie altijd constructief hebben opgesteld en de verhoudingen met de andere coalitiepartijen altijd goed waren. Vanaf het begin van de onderhandelingen was er het gevoel: Hier gaan we uitkomen; we kunnen met onderling respect samenwerken.”
De SGP kreeg de ruimte om eigen accenten te leggen, zegt Ten Bolscher. „Er ligt de afspraak dat we in deze vierjarige periode rekening met elkaar houden bij onderwerpen die bij coalitiepartijen gevoelig liggen. Voor ons liggen die bijvoorbeeld op het gebied van cultuur, activiteiten op zondag en de visie op de lhbti-agenda.”
Op cultuurgebied wijst de SGP op de belangen van kleine, plaatselijke musea die op vrijwilligers drijven, en op kleine evenementen die bij de bevolking passen. „Die moeten bij de verdeling van financiële middelen niet worden vergeten.”
Zesde SGP’er
In de 102-jarige geschiedenis van de SGP is Ten Bolscher het zesde partijlid dat gedeputeerde werd. In de periode 2011-2015 was de SGP in Overijssel ook coalitiepartij. Toen werd ze door de CU-gedeputeerde in het college vertegenwoordigd.
In 2019 kreeg de SGP een eigen gedeputeerde. Deze maand is Ten Bolscher een jaar in functie. „Dit is geen baan voor veertig uur per week; het slokt de volledige aandacht op.” Het werk verschilt van zijn eerdere werk in het bedrijfsleven. „Ik was gewend zelf informatie te verzamelen; nu wordt dat grotendeels voor je gedaan. De overheid gaat wel een langere weg om tot een besluit te komen. Een gedeputeerde moet langs tal van organisaties en via Provinciale Staten.”
Ten Bolscher zegt „de enorme variatie” in zijn werk te waarderen. „Vorige week ben ik met een ecoloog een natuurgebied ingetrokken. Nu kom ik net uit een gesprek met een boerengezin in Deventer. Een andere keer zit je met je collega-gedeputeerden uit de andere elf provincies om de tafel, of met de minister. Of je bent over het beleid in gesprek met Provinciale Staten. Het levert mooie dingen op. De provincies hebben veel invloed; de keuzes die we maken, hebben gevolgen voor de inwoners.”
Natuurherstel
Als voorbeeld noemt het GS-lid de recente Kamerbrief van minister Schouten over natuurherstel. „De provincies zijn verantwoordelijk voor de uitvoering, ook van de opkoopregeling voor agrariërs die stoppen. In een tegenstelling tussen landbouw en natuur geloof ik niet; je moet wel tot goede afstemming tussen beide komen.”
De coronacrisis beïnvloedt Ten Bolschers werk. „Er zijn tal van ondernemers die het erg moeilijk hebben. Denk aan agrarische bedrijven die zich ook bezighouden met recreatie of die dienst doen als zorgboerderij. In de glastuinbouw bij Kampen is de nood hoog. Ik ga met mensen in gesprek. Als het even kan, probeer ik langs te gaan. Je wijst op steunregelingen. De informatie die de gesprekken opleveren, breng ik in bij het ministerie.”
Boerenprotest
Een andere crisis, die rond de stikstofregels, raakte tijdelijk op de achtergrond. Ten Bolscher vaardigde in oktober vorig jaar beleidsregels voor stikstofreductie uit, maar die leidden tot protest. „Het plein voor het provinciehuis stond vol tractoren. We ontvingen de boeren met koffie en krentenwegge. Terecht wezen ze erop dat de richtlijnen van de provincie strenger waren dan die in de Kamerbrief. Die moesten beter op elkaar worden afgestemd. Daarom trokken we onze beleidsregels voor de agrarische sector diezelfde dag nog in, ook omdat de boeren wel bereid waren om een sleutelrol te spelen in de stikstofreductie.”
Twee maanden later lag er een nieuwe richtlijn. „Tot stand gekomen met veel praktische inbreng uit de agrarische sector. Bij vergunningverlening is het belangrijk dat deze overeind blijft als hij bij de rechter zou worden aangevochten.”
SGP-gedeputeerde in Overijssel
Na zijn studie werktuigbouwkunde aan de Universiteit Twente werkte ir. G. H. ten Bolscher vanaf 1992 bij Fokker op Schiphol, vanaf 1995 bij energie- en installatieadviesbureau DWA en van 2016 tot 2019 als algemeen directeur van Geas Energiewacht, een installatiebedrijf in Enschede.
Van 2015 tot 2019 maakte hij deel uit van de tweemansfractie van de SGP in Provinciale Staten van Overijssel. Als gedeputeerde heeft hij landbouw, natuur, vergunningverlening en facilitair in zijn portefeuille.
Ten Bolscher is getrouwd, heeft vier kinderen en woont in Rijssen. Hij is ouderling in de Hersteld Hervormde Kerk.