Recreatiesector voelt zich in voortbestaan bedreigd
Ten minste 1000 recreatiebedrijven in groene gebieden worden direct in hun voortbestaan bedreigd. De organisatie voor het midden- en kleinbedrijf, MKB-Nederland, en de organisatie voor recreatiebedrijven, Recron, schreven dit woensdag in een brandbrief aan het kabinet.
De ondernemers menen dat recreatiebedrijven in landelijke gebieden worden gemangeld door een opeenstapeling van regels. Vooral door natuurdoelstellingen van de overheid krijgen bedrijven als bungalowparken, golfbanen, jachthavens en horecagelegenheden het steeds moeilijker, aldus de organisaties. De doelstellingen staan onder meer verwoord in de zogeheten Ecologische Hoofdstructuur zoals die is neergelegd in de Vijfde Nota Ruimtelijke Ordening, die binnenkort in de Tweede Kamer wordt besproken.
Volgens MKB en Recron is uitbreiding voor recreatiebedrijven in buitengebieden nog slechts beperkt mogelijk, zo niet onmogelijk. Circa 1000 ondernemingen moeten door het vaststellen van de Ecologische Hoofdstructuur zelfs worden omgevormd of gesaneerd. „Ondernemers worden gemaand uit de natuur te vertrekken zonder dat daar enige vorm van compensatie tegenover staat”, aldus een verontwaardigde Recron-voorzitter H. Apotheker.
Voor Recron en MKB was het „wegjagen” van zo’n 1000 ondernemingen uit natuurgebieden „de druppel die de emmer deed overlopen”, stelde Apotheker. „We hebben het hier wel over bijna 10.000 arbeidsplaatsen.”
Volgens MKB-voorzitter H. de Boer dreigt 3,5 tot 4 miljard euro aan bedrijfswaarde te worden vernietigd. „We mogen in Nederland toch nog wel een beetje van de natuur kunnen genieten? Het platteland hoeft toch niet helemaal op slot? Recreatiebedrijven werken bovendien ook heel milieuvriendelijk”, betoogde De Boer.
Daarnaast is er sprake van oneerlijke concurrentie volgens MKB en Recron, omdat de recreatiesector „onevenredig” hogere lasten en strengere regels krijgt opgelegd. Zo blijkt uit CBS-cijfers dat per 1 januari 2002 de lokale lasten van recreatieondernemingen met gemiddeld 8,1 procent zijn gestegen, tegen 6,2 procent voor het gehele bedrijfsleven.
De werkgevers in de sector vrezen bovendien een groot tekort aan personeel in de openluchtrecreatie door strengere regels voor seizoensarbeid. Veel recreatiebedrijven zijn in de ogen van MKB en Recron ten onrechte niet als „klimatologisch gebonden” ondernemingen aangemerkt. Hierdoor krijgen hun seizoenswerknemers geen WW-uitkering meer als ze in rustige periodes thuiszitten. De ondernemers vrezen nu dat veel van hun jaarlijks terugkerende personeelsleden de sector de rug toekeren.
