‘Longen coronaslachtoffers onherkenbaar door beschadigingen’
De longen van coronapatiënten die na een maand in het ziekenhuis zijn overleden, zijn nauwelijks meer te herkennen, heeft een hoogleraar op het gebied van hart en vaatziekten tegen het Britse Hogerhuis gezegd. Volgens professor Mauro Giacca (King’s College) wijzen de bevindingen op „reële problemen” voor mensen die genezen van het longvirus, meldt de Britse krant The Guardian.
Een langdurige infectie door het coronavirus veroorzaakt volgens Giacca „een complete verstoring van de longarchitectuur”. De hoogleraar bestudeerde autopsierapporten van Italiaanse patiënten die na 30 tot 40 dagen op de intensive care waren overleden. Daarbij ontdekte Giacca dat grote hoeveelheden virussen in de longen aanwezig blijven en dat longcellen op ongebruikelijke wijze zijn gefuseerd.
„Wat je ziet in de longen van mensen die meer dan een maand ziek zijn geweest voor ze stierven, is totaal verschillend van normale longontsteking, griep of het Sars-virus”, aldus Giacca. „Je ziet veel bloedstolsels.”
Volgens de hoogleraar trof hij grote hoeveelheden „zeer grote gefuseerde cellen met het virus en wel tien tot vijftien celkernen” aan. „Ik ben ervan overtuigd dat dit het unieke ziektebeeld van Covid-19 verklaart. Deze ziekte wordt niet veroorzaakt door een virus dat cellen doodt. Dat heeft belangrijke gevolgen voor de behandelwijze.”
In de commissie voor wetenschap en technologie van het Hogerhuis kwamen maandag meerdere medische wetenschappers en artsen aan het woord. John Bell, hoogleraar geneeskunde aan de universiteit van Oxford en lid van de vaccin-taskforce van de Britse regering, zei dat tijdens een tweede golf moet worden onderzocht of mensen die Covid-19 hebben gehad meer weerstand tegen het virus hebben opgebouwd. Dat die tweede golf er komt, acht Bell hoogstwaarschijnlijk.