‘Reproductiegetal coronavirus groeit langzaam boven 1 uit’
Het reproductiegetal dat aangeeft hoeveel andere personen een coronapatiënt in Nederland besmet, groeit langzaam boven de één uit. Dat zegt Jacco Wallinga, de belangrijkste modellenmaker van het RIVM, in een interview met Trouw. Hij vreest daarom voor een opleving van het coronavirus.
Het „meest aannemelijke” reproductiegetal schommelde eind mei rond de 1: even kwam het iets boven de 1 uit, daarna weer iets eronder. Nu lijkt het erop dat het aantal besmettingen weer zal toenemen, aldus Wallinga. Een stijging van het getal was vanwege de versoepelde maatregelen ingecalculeerd. „Tegelijk zie ik de discipline versloffen. Mensen houden zich minder aan de basisregels. Onze hoop is dat het bron- en contactonderzoek van de GGD’s goed gaat lopen. Daarmee kunnen we de R er weer onder krijgen. Zo niet, dan zie ik het aantal besmettingen en ziekenhuisopnames weer toenemen deze zomer”, zegt Wallinga.
Toch is het aantal besmettingen op dit moment nog steeds laag: één op de tienduizend Nederlanders is besmettelijk, een fractie van het aantal op het hoogtepunt van de epidemie. Ook plaatst Wallinga een kanttekening dat de modellen niet bedoeld zijn voor voorspellingen. „Ze worden gemaakt om beleidsmakers inzicht te geven in het effect van maatregelen. Zonder modelberekening is zo’n maatregel een blinde gok.”
Het reproductiegetal, ook wel de R0 genoemd, is belangrijk omdat het aangeeft hoe snel het virus zich verspreidt. Als het cijfer precies 1 is, besmet iedere patiënt één andere persoon en blijft het aantal coronagevallen dus stabiel. Onder de 1 dooft de epidemie langzaam uit, boven de 1 neemt het aantal zieke mensen toe. Het RIVM rapporteert erover op dinsdagen.