Kerk & religie

Zelfbeproeving

Romeinen 7:25

William Guthrie
11 June 2020 08:46Gewijzigd op 16 November 2020 19:32

„Ik dank God door Jezus Christus, onze Heere.”

Paulus dankt God en Christus dat er geen verdoemenis voor hem is (Romeinen 7:25; 8:1). Zie of datzelfde bij u gevonden wordt: beschuldigt u uzelf en houdt u de wet voor goed als u struikelt? Kunt u zeggen dat u vaak tegen de zonde een oprecht voornemen hebt en het tegengestelde goed u voorneemt voordat het kwaad u bezet? Wordt u zozeer door uw fouten gekweld dat u uzelf ellendig oordeelt vanwege die zonde en het lichaam des doods, dat de wortel en bron van die ongerechtigheden is? Is er binnen u een partij die zich tegen de zonde kant, die de oprechte weg wenst te zijn en die in haar element is wanneer zij wandelt op de weg des Heeren? Indien u op deze vragen een bevestigend antwoord geven mag, dan staat het goed met u. Een goede hulp tegen de overheersende kracht van de zonde is dat men vastkleeft door het geloof aan Christus. Dat geloof, zoals het een begeerlijk deel der heiligmaking, een aanmerkelijk stuk van gelijkvormigheid met Gods wil en zéér dienstbaar is aan Gods oogmerk in het Evangelie (Galaten 2:20,21) en daarom door de mens gezocht moest worden als een Gode welbehaaglijk werk (Johannes 6:29). Zo is het ook de beste weg om het leven en sap te trekken uit Christus, Die de gezegende Wortel is tot vruchtbaarheid (Johannes 15:4 en 5).

William Guthrie, predikant te Fenwick

(”Des christens grote interest”, 1668)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer