Minister hekelt ‘indianenverhalen’ over verdwijnen ontslagboete
Er gaan volgens minister Wouter Koolmees heel wat „indianenverhalen” rond over het verdwijnen van de veelbesproken ontslagboete. Dat politieke partijen en andere organisaties net doen alsof het kabinet werknemers in de kou laat staan, is volgens de bewindsman volledig onterecht.
Het kabinet kondigde donderdag aan dat bedrijven die vanaf 1 juni loonsubsidie aanvragen alleen een relatief kleine ‘boete’ moeten betalen als zij bij het ontslaan van twintig werknemers of meer niet in conclaaf gaan met de vakbond of personeelsvertegenwoordiger. In het eerste steunpakket voor bedrijven in coronaproblemen, dat eind deze maand afloopt, krijgen werkgevers nog een forsere boete als zij werknemers op straat zetten terwijl ze loonkostensubsidie ontvangen.
Dat zou niet logisch zijn gezien de economische schade die de coronacrisis ook op de langere termijn blijkt aan te richten. Veel bedrijven die afhankelijk zijn van loonsubsidie maar ook in het personeelsbestand moeten snijden, zouden zonder de loonkostenvergoeding waarschijnlijk failliet gaan, redeneert het kabinet. Dan gaan alleen maar meer banen verloren.
Dat bijvoorbeeld SP-leider Lilian Marijnissen het kabinet ervan beticht werknemers „vogelvrij” te verklaren, schoot Koolmees in het verkeerde keelgat.
„Dit is niet de realiteit. Maak er niet zo’n frame van en werk mee aan het oplossen van het probleem”, foeterde de bewindsman in debat met de socialiste. „Bedrijven zijn degenen die het risico lopen”, stelt Koolmees, die benadrukt dat het ontslagrecht in stand blijft en de loonkostenregel wel degelijk een financiële prikkel kent om mensen in dienst te houden.
Naar eigen zeggen spreekt Koolmees „vaak heel sociale werkgevers die moeite hebben werknemers te ontslaan. Die daar nachten van wakker liggen.” Ook zijn er sectoren waar ondernemers actief zijn die hun verdienmodel na de crisis sowieso moeten aanpassen. Zij gebruiken de steun van de overheid volgens de bewindsman om hun werknemers de komende vier maanden klaar te stomen voor een nieuwe baan in een andere sector. „Maar daar is wel tijd voor nodig”, aldus Koolmees.
Een fors deel van de oppositie houdt evenwel grote zorgen. PVV-leider Geert Wilders noemt de afgezwakte ontslagboete „een wassen neus”. GroenLinks-voorman Jesse Klaver vindt het nieuwe steunpakket „kwantitatief enorm, maar kwalitatief mager en onvoldoende”. De broodnodige solidariteit ontbreekt, vindt hij. Meer begrip vindt Koolmees bij zijn voorganger, huidig PvdA-leider Lodewijk Asscher. Maar ook die vindt het nieuwe pakket een verslechtering ten opzichte van het vorige.