Kerk & religie

Kerk bezuinigt op onderhoud

Veel kerkrentmeesters verwachten de komende jaren te moeten bezuinigen op het onderhoud van gebouwen. Dat blijkt uit een onderzoek van de Vereniging voor Kerkrentmeesterlijk Beheer (VKB) in de Protestantse Kerk in Nederland.

Jan Auke Brink
18 May 2020 09:25Gewijzigd op 16 November 2020 19:17
beeld Jan-Ruland van den Brink
beeld Jan-Ruland van den Brink

Zestig procent van de kerkrentmeesters verwacht dit jaar een daling van minimaal 20 procent van de inkomsten uit de verhuur en openstelling van gebouwen. Ze verwachten niet dat die misgelopen inkomsten in de toekomst worden ingelopen. Daardoor blijven de gemeenten waarvoor de exploitatie van gebouwen een belangrijke inkomstenbron is met een financieel tekort zitten. Dat leidt onder meer tot uitstel van onderhoud. Zo vreest een kerkrentmeester helemaal geen onderhoud te kunnen verrichten aan gebouwen, omdat het beschikbare geld nodig is voor „financiële verplichtingen richting kerkelijke organen, energieleveranciers en overheid.”

Ook subsidies en fondsenwervingsacties liggen nu stil. Een kerkrentmeester denkt dat de restauratie van kerk en orgel die voor volgend jaar op de rol staat daardoor misschien op de lange baan moet worden geschoven: „Allerlei acties die gepland stonden om gelden te werven, kunnen nu niet doorgaan. Daarnaast merken we dat de toekenning van subsidies door de vele fondsen die we hebben aangeschreven, nog niet loopt. De fondsen vergaderen niet of nauwelijks op dit moment.”

Naast het uitstel van het onderhoud, verwachten sommige kerkrentmeesters ook dat er banen zullen verdwijnen om de teruglopende inkomsten te compenseren. Daarbij gaat het vooral om gemeenten die professionals in dienst hebben voor de verhuur, exploitatie en openstelling van gebouwen.

Steun van de overheid is lastig. Medewerkers van de overheid blijken vaak niet goed thuis te zijn in hoe een kerkelijke genootschap in elkaar steekt, constateert een kerkrentmeester. Jos Aarnoudse, directeur van de VKB, wil dat de bestaande steunmaatregelen van de overheid worden aangepast: „Nu is de steun vooral opgehangen aan de uitval van omzet van een gehele organisatie. De VKB pleit voor een beperktere definitie voor het behoud van werkgelegenheid. Kijk vooral naar het deel dat wegvalt en leg een relatie met het personeel dat daarvoor ingezet wordt. Dat zijn vooral de kosters en beheerders. Kan dat niet bijvoorbeeld door de herinvoering van de klassieke werktijdverkorting? Die was tenminste opgehangen aan de uitval van werk.”

Over de vrijwillige bijdragen maken kerkrentmeesters zich nog geen grote zorgen: meer dan 60 procent verwacht op dat vlak geen daling van betekenis; 24 procent van de kerkrentmeesters verwacht wel dat de collecte-inkomsten minimaal 20 procent lager zullen liggen dan in 2019.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer