Opinie

Of de euro 30 wordt, is allesbehalve zeker

Duitse rechters veroordeelden vorige week het beleid van de Europese Centrale Bank (ECB). Nieuwe spanningen in de EU liggen daardoor op de loer.

Edin Mujagic
15 May 2020 10:30Gewijzigd op 16 November 2020 19:15
Het Duitse Constitutionele Hof oordeelde op 5 mei dat zowel de ECB als het Europese Hof van Justitie buiten hun bevoegdheden zijn getreden. Foto: de voorzitter van het Duitse Constitutionele Hof, Andreas Vosskuhle.  beeld AFP, Sebastian Gollnow
Het Duitse Constitutionele Hof oordeelde op 5 mei dat zowel de ECB als het Europese Hof van Justitie buiten hun bevoegdheden zijn getreden. Foto: de voorzitter van het Duitse Constitutionele Hof, Andreas Vosskuhle.  beeld AFP, Sebastian Gollnow

Het beleid van de ECB is zeer impopulair in Duitsland. Toen de bank in maart 2015 besloot op grote schaal staats- en bedrijfsobligaties, uitgegeven in de eurozone, op te kopen, diende een groep van 1750 Duitse economen, politici en anderen bij het Bundesverfassungsgericht, het Duitse Constitutionele Hof, een aanklacht tegen de bank in. Het beleid zou niet stroken met het Verdrag van Maastricht.

Dat Hof nam er ruimschoots de tijd voor om tot een oordeel te komen. Het vroeg als een tussenstap het Europese Hof van Justitie om zijn oordeel. Dat beraadslaagde en oordeelde eind 2018 dat wat de ECB deed door de Maastricht-beugel kon. Op 5 mei gaven de Duitse rechters hun oordeel. Daarin kreeg niet alleen de uitspraak van hun Europese collega’s maar zelfs ook de wijze waarop die hun werk hadden gedaan een veeg uit de pan. De ECB en het Europese Hof van Justitie zijn beide buiten hun bevoegdheden getreden, aldus de opperste Duitse rechters. De ECB moet binnen drie maanden aantonen dat zijn beleid niet buitenproportioneel is gezien de economische effecten ervan. Doet de ECB dat niet, dan zijn de Duitse regering en de Bundesbank, de Duitse centrale bank, verplicht actie te ondernemen en mag de Bundesbank niet meer meedoen met het ECB-beleid.

Ondergeschikt

De ECB lijkt niet van plan dat te doen. De bank reageerde door erop te wijzen dat het enige voor haar relevante Hof het Europese Hof is en dat dit oordeelde dat het beleid niet in strijd is met het Verdrag van Maastricht. Het Europese Hof zelf gaf bij hoge uitzondering een verklaring uit waarin het stelt dat alle andere rechtbanken in de EU ondergeschikt zijn. De Europese Commissie gaf haar steun aan de ECB en het Europese Hof van Justitie en noemde de uitspraken van dat laatste bindend. Er wordt zelfs over gesproken dat het Duitsland voor de rechter zou slepen als de Bundesbank haar medewerking aan het ECB-beleid zou staken.

De uitspraak van het Duitse Hof heeft geen gevolgen voor wat de ECB momenteel doet. Het oordeelde over een maatregel uit 2015, níet over de stappen die de ECB ondernomen heeft om de economie te helpen de coronacrisis het hoofd te bieden. Dat betekent niet dat er geen gevolgen kunnen volgen. Sterker nog, die kunnen behoorlijk zijn.

Juridische ruzie

Om te beginnen is het een kwestie van tijd voordat er een aanklacht in Karlsruhe, waar het Duitse Hof zetelt, op de mat valt. De Duitse rechters gaven aan onder welke voorwaarden ECB-beleid wel te billijken is, en het was meteen duidelijk dat de maatregelen die de bank onlangs aankondigde daar niet aan voldoen. Dat kan op termijn voor nieuwe spanningen in de Unie zorgen.

Dat het Duitse Constitutionele Hof het hoogste rechtscollege van de Unie ter zijde schuift, kan landen die toch al overhoop liggen met Brussel over de rechtsorde in die landen, zoals Polen en Hongarije, vleugels geven. Een juridische ruzie in de Unie kan dan volgen. Zulke onenigheden zijn niet ongewoon maar deze keer zou het niet gaan over triviale zaken maar over zaken die het fundament van de Unie betreffen. De eenheid van rechtspraak is in het geding.

Hier en daar klonk als reactie op het oordeel uit Karlsruhe dat dit een bom onder de euro is. De kans is groot dat de soep niet zo heet gegeten wordt als die is opgediend. Een blik op de monetaire historie van Europa leert dat er in Duitsland sprake is van een evolutie.

Reeds in de jaren zeventig stelde Frankrijk herhaaldelijk voor een gemeenschappelijke munt in te voeren op het continent. Het doel ervan was verlost te worden van de ergerlijke, dominante Duitse mark, en daarmee van het dominante Duitsland. Het hele Duitse establishment zei ”nein”. Hetzelfde gebeurde in de jaren tachtig.

Met de Duitse hereniging draaide de Duitse politiek echter. Die maakte zich in de jaren negentig juist sterk voor een Europese munt. Het is een publiek geheim dat de Duitse Bundesbank daarvan gruwde. De bank schikte zich echter naar de wens van de leiders en accepteerde de euro.

Twee economische modellen

Sinds de invoering van de euro zijn twee decennia verstreken. De jonge generatie Duitse politici is vastberaden van de Europese Unie een succes te maken. De Bundesbank van nu lijkt alleen de naam gemeenschappelijk te hebben met de Bundesbank van de jaren negentig en ervoor. De nieuwe generatie Duitse centrale bankiers is bij lange na niet zo sterk in de leer als de vorige. In de kern heeft de nieuwe generatie niet al te veel moeite met het ECB-beleid. De rechters hebben die evolutie niet gemaakt en voeren een gevecht zonder de twee bondgenoten van weleer. De euro is daarmee voorlopig ”nicht im Frage”. Maar… de uitspraak en de reacties uit de eurozone laten duidelijk zien dat er in de muntunie nog steeds twee voorkeuren voor economische modellen bestaan die niet met elkaar te verenigen zijn. Het gevaar bestaat dat een van de modellen dominant wordt en de economische effecten daarvan zichtbaar worden. Op termijn kan dan in de eurozone de ontevredenheid over de muntunie zo groot worden, dat zonder de euro doorgaan de voorkeur krijgt.

De euro is vorig jaar 20 jaar geworden. Of de munt de 30 haalt, is allebehalve zeker.

De auteur is monetair econoom en hoofdeconoom van OHV Vermogensbeheer.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer