De boerenkathedraal van Loppersum
Loppersum was de laatste jaren het epicentrum van de Groningse aardbevingen. Maar Loppersum is ook het dorp van de Petrus en Pauluskerk. Het ”pronkjewail” is de meest recente aanwinst van de Stichting Oude Groninger Kerken.
Het Groningse dorp Loppersum, met ongeveer 2500 inwoners, heeft een kerk als een kathedraal. Het is na de Der Aa-kerk in de stad Groningen het grootste kerkgebouw dat de Stichting Oude Groninger Kerken (SOGK) in eigendom heeft. De kerk wordt van oudsher ”de boerenkathedraal” genoemd. De oudste gedeelten van het imposante bakstenen gebouw met het vijfzijdige koor dateren uit de twaalfde eeuw.
Binnen wordt de blik getrokken naar het indrukwekkende orgel, dat net een reconstructie –kosten 650.000 euro– achter de rug heeft. De groene en gouden kleuren glanzen je tegemoet. „Vóór de reconstructie, die onder meer nodig was vanwege de aardbevingen, waren de kleuren dof geworden. Ook het orgelbalkon en de pijpen zijn vernieuwd. We hopen na de coronacrisis weer snel te beginnen met concerten”, zegt Maarten Burggraaff, preses van de kerkenraad van de hervormde gemeente Maarland, die gebruikmaakt van de kerk.
De kerk is beroemd vanwege de vele middeleeuwse gewelfschilderingen. Na de Reformatie zijn ze door een laag witkalk aan het oog onttrokken. Pas in het begin van de jaren veertig van de vorige eeuw werden ze ontdekt en gerestaureerd. In 2013 zijn ze beschadigd door de aardbevingen, maar een jaar later waren ze alweer hersteld. Een van de fresco’s stelt Petrus en Paulus voor, naar wie de kerk genoemd is.
Mariakapel
In de Mariakapel is het leven van Maria in acht gewelfschilderingen uitgebeeld, te beginnen met Joachim en Anna, naar verluidt de ouders van Maria, en eindigend met Maria’s hemelvaart.
Maar dat is nog niet alles. Kijk naar het licht in het enorme koor met de lage ramen, loop naar de kapel met de liggende grafzerken en de staande zerk van Maria van Selbach en vergeet de herenbanken met het alliantiewapen van Rengers van Farmsum en Tjarda van Starkenborg niet.
„Vóór de Reformatie was dit een decanaatskerk”, verklaart Burggraaff. „De deken had 25 parochies onder zijn hoede. Na de overgang naar de Reformatie in 1594 heeft Loppersum goede tijden gekend. De rijke boeren hadden veel voor hun kerk over. Het gebouw is een ”pronkjewail”.”
De hervormde gemeente Maarland heeft de kerk onlangs overgedragen aan de SOGK. Sindsdien wordt het kerkgebouw terug gehuurd door de kerkelijke gemeente.
„De overdracht heeft bij de kerkgangers veel emotie losgemaakt”, zegt Burggraaff. „Dat was ook al het geval toen de gemeente in 2004 ontstond door een fusie van drie hervormde gemeenten: Loppersum, Zeerijp-Eenum-Westeremden en De Wierden (Godlinze, Leermens, Oosterwijtwerd, ’t Zandt en Zijldijk). We zijn blij dat we het kerkgebouw kunnen blijven huren. Hierdoor verandert er voor de gemeente in praktische zin niet veel. We zorgen zelf voor het klein onderhoud en regelen de evenementen die er plaatsvinden. De kosten voor het groot onderhoud hoeven we niet te betalen.”
Vier kerkgebouwen
De hervormde gemeente maakt gebruik van vier kerkgebouwen: in Loppersum, Zeerijp, ’t Zandt en Leermens. In gewone tijden worden de kerken ’s zondags om de beurt gebruikt. Het gemiddelde aantal zondagse kerkgangers bedraagt dan tussen de veertig en de tachtig.
Burggraaff: „Het is een voorrecht om op zondag in deze mooie kerk te zitten. Als de dienst begint, ben je zo in de stemming.”
Oude Groninger kerken
De Stichting Oude Groninger Kerken (SOGK) is sinds vorig jaar november eigenaar van de Petrus en Pauluskerk. Zij heeft daarmee 93 kerken, 2 synagogen, 57 kerkhoven en 9 (vrijstaande) torens in haar bezit.
Jur Bekooy, als bouwkundige verbonden aan SOGK, begrijpt dat kerkelijke gemeenten hun gebouwen overdragen aan de stichting. „Het gaat vaak in de eerste plaats om de financiën, daarnaast is een professionele organisatie van belang voor het behoud van het historische gebouw. Er komt veel kijken bij het aanvragen van subsidies, het maken van onderhoudsplannen en het op orde hebben van vergunningen.” Binnenkort wordt de natuurstenen leibedekking op het dak van de kerk vervangen.