Dorpshistoricus Uden verliest dertig bekenden door corona
Dorpshistoricus Wim Rovers (70) uit het Brabantse Uden verloor in nog geen twee maanden tijd zo’n dertig kennissen. Ze bezweken aan het coronavirus. „Het houdt me de hele dag bezig.”
Als Wim Rovers op weg was naar het Udense Heemhuis om daar de archieven in te duiken, zag hij geregeld Gerard Dortmans. Die zwaaide dan steevast. Maar Dortmans leeft niet meer. De tachtiger overleed aan het coronavirus. „Ik kende hem goed. Als ik in verpleeghuis Sint Jan in Uden lezingen hield over vroeger, speelde hij vaak liedjes met zijn accordeon.”
Dortmans is niet de enige die Rovers zag wegvallen. De dorpshistoricus uit Uden verloor de afgelopen zeven weken zo’n dertig kennissen die besmet raakten met het gevreesde coronavirus. Rovers pluist al zo’n halve eeuw stambomen uit van inwoners van Uden en omliggende plaatsen als Erp, Vorstenbosch, Boekel en Nistelrode. Daardoor kent hij talloze mensen in de regio.
Levensverhalen
„Het is bizar, hectisch en emotioneel allemaal. Het houdt me de hele dag mee bezig”, zegt Rovers per telefoon. „Sinds begin maart zijn er veertig kennissen op leeftijd overleden. Niet altijd is mij duidelijk wat de doodsoorzaak is. Is een 103-jarige non overleden aan corona? Door speurwerk in bijvoorbeeld media staat voor mij wel vast dat zo’n 80 procent van die veertig overlijdens gelinkt is aan corona. Dan kom ik dus op dertig coronaslachtoffers.”
Van vrijwel al die kennissen hield Rovers al jaren een stamboom bij. Bij sommigen kwam de dorpshistoricus meer dan eens over de vloer. Om er levensverhalen op te tekenen en Brabantse familiegeschiedenissen kleur te geven. „Tientallen bronnen zijn nu weggevallen. Dat is heel triest.” Via accordeonist Gerard Dortmans onderhield Rovers bijvoorbeeld contacten met nazaten van katholieke Brabanders die halverwege de negentiende eeuw emigreerden naar het plaatsje Little Chute in de Amerikaanse staat Wisconsin.
Nu hij vanwege de coronacrisis aan huis is gebonden, is Rovers druk met het updaten van de stambomen van de gestorvenen. Hij bestudeert onder meer overlijdensadvertenties en probeert zo veel mogelijk bidprentjes te bemachtigen. „In rooms-katholieke kring is het gebruikelijk om ter nagedachtenis van een overledene bidprentjes te maken. Nu vanwege de coronacrisis maar een beperkt aantal mensen een uitvaart kan bijwonen, zijn die bidprentjes vaak uitgebreider en persoonlijker. Dus vind ik daarop bijvoorbeeld namen en foto’s van kleinkinderen. Die informatie kan ik goed gebruiken voor het stamboomonderzoek.”
Uden is een van de grootste coronabrandhaarden van Nederland. Er zijn tientallen slachtoffers te betreuren in de 42.000 inwoners tellende gemeente in het oosten van Brabant.
In Uden overleden in week 13 (23 tot en met 29 maart) bijna zeven keer zo veel mensen als in een gemiddelde week vóór de crisis, becijferde het CBS.
„Als je in Uden een kanonskogel afschiet, raak je niemand. Je ziet geen kip op straat”, typeert Has Hendriks (73) de onheilspellende rust in zijn woonplaats Uden. Zelf blijft hij ook zo veel mogelijk binnen. „Ik laat m’n Schotse collie uit. Onze dochter haalt de meeste boodschappen. Soms rij ik met mijn vrouw naar een winkel. Zij blijft dan keurig in de auto zitten. Voordat ik na het winkelen instap, moet ik mijn handen desinfecteren.”
Onmachtig
Zoals veel Udenaren kent ook Hendriks mensen die hoogstwaarschijnlijk bezweken aan corona. Een kennis, Riet van bijna tachtig, overleed op 7 maart. Hendriks stond in het ziekenhuis aan haar sterfbed. „Nog zonder beschermende kleding aan. Ik heb haar de hand geschud. Ze had allerlei symptonen van corona, zoals naar adem happen, hoesten, koorts. Je voelt je onmachtig. Je staat er bij en kijkt ernaar.” Woensdag nog hoorde de Udenaar van het overlijden van twee andere coronaslachtoffers. Een van hen is een oud-collega. „Het spook waart nog steeds rond.”
Kon corona zich in Uden, dat relatief veel uitgaansgelegenheden telt, tijdens carnaval verspreiden? „Het zou kunnen”, reageert Hendriks. „Pas hoorde ik van twee vrouwn die elkaar een tijdje na carnaval spraken. „Ben jij ook zo ziek geweest?” vroeg de een. De ander knikte. Ook zij had last van wat ze een rare griep noemde.”