De acties worden woensdag uitgebreid, zo hebben FNV Bouw, de Hout- en Bouwbond CNV en Het Zwarte Corps dinsdag vanuit het landelijke actiecentrum in Woerden bekendgemaakt. Of de werkgevers, die zijn verenigd in het Algemeen Verbond Bouwbedrijf (AVBB), moeten zich alsnog bereid tonen zonder „dictaat” te onderhandelen. Werkgevers willen eerst een akkoord over een goedkopere reisurenvergoeding voor woonwerkverkeer, voordat ze praten over andere CAO-zaken als loonsverhogingen.

De vakbonden eisen voor dit jaar 1,5 procent meer loon (met terugwerkende kracht ingevoerd per 1 januari) naast de prijscompensatie. Volgens een woordvoerder van FNV Bouw komt dit met de huidige inflatie „ongeveer neer op een looneis van bijna 4 procent”. Ook willen de bonden een winstuitkering aan het einde van het jaar en betere voorzieningen voor zieke en arbeidsongeschikte bouwvakkers.

De stakingen breiden zich volgens de bonden woensdag verder uit over het land. De acties duren per locatie twee tot vier dagen. De bonden maken niet bekend op welke plekken nieuwe werkonderbrekingen plaatsvinden, om het verrassingseffect voor de werkgevers zo groot mogelijk te houden.

„Het zullen gevoelige objecten zijn, waar een grote druk op ligt om de projecten op tijd af te hebben”, aldus een woordvoerder van FNV Bouw. Door de stakingen wordt de oplevering van projecten vermoedelijk vertraagd. Wanneer een bouwproject niet op tijd klaar is, krijgen de aannemers doorgaans een boete van de opdrachtgever aan hun broek.

Bouwvakkers hebben in het centrum van Breda op zo’n vijf locaties gestaakt om vervolgens met spandoeken naar het stadhuis van de Brabantse stad te trekken. In Amsterdam is de bouw van een schoolgebouw naast het stadion de Arena stilgelegd. In Eindhoven is het werk aan een kantoor bij de Technische Universiteit gestaakt en in Geleen en Capelle aan den IJssel hebben werknemers de bouw van (senioren)woningen neergelegd.

Een deel van het werk gaat wel gewoon door op de bouwlocaties. Onderaannemers als loodgieters en stukadoors kunnen doorwerken, omdat deze geen deel uitmaken van het arbeidsconflict.