Meer hulpvragen in verslavingszorg
Steeds meer mensen met een verslaving doen een beroep op hulp. Het aantal cliënten in de verslavingszorg nam in 2003 met 9 procent toe vergeleken met een jaar eerder.
De Stichting Informatievoorziening Zorg (IVZ), die de cijfers op een rijtje zette, noemt vooral de toename van het aantal probleemdrinkers dat hulp zoekt (13 procent) opmerkelijk. Het ging vorig jaar om 26.874 mensen. De groei van de hulpvraag is mogelijk veroorzaakt door het alcoholactieplan van Verslavingszorg.
In totaal zochten 60.700 mensen in 2003 hulp vanwege verslaving. Bij cannabis en cocaïne bedroeg de toename ongeveer 20 procent, tot 13.700 personen. Alleen heroïneverslaafden hadden vorig jaar minder hulp nodig (een afname met 5 procent tot 15.915).
Bijna de helft van alle hulpzoekers doet dat omdat ze minder willen gaan drinken. Overigens komt maar 3 procent van de 820.000 probleemdrinkers bij de verslavingszorg terecht. Ook bij andere verslavingen zoeken maar weinig gebruikers steun, uitgezonderd de heroïnegebruikers. Ruim de helft van hen belandt in de verslavingszorg.
Drank en heroïne wordt steeds meer iets voor de oudere gebruiker. Tweederde van de drinkers die hulp zoeken is ouder dan veertig jaar, bij heroïnegebruikers is dat meer dan de helft. Cannabis, cocaïne en gokken zijn meer problemen van mensen tot dertig jaar.
Steeds minder verslaafden spuiten hun drugs. Nog maar eentiende van de gebruikers neemt de middelen op deze manier tot zich. Vergeleken met omringende landen is dit weinig. Van het aantal drugscliënten is 20 procent vrouw en van de alcoholisten 25 procent. Het gemiddelde hiervan is hetzelfde als tien jaar geleden: 22 procent.