Kerkmuren werven niet
Laten we onze kostbare tijd niet vullen met strijd over waarheden en kerkmuren. We kunnen beter verbinding met elkaar zoeken in Woord en daad en de Heere God eenvoudig gehoorzaam zijn. Bijvoorbeeld in Rotterdam.
Eens in de zoveel tijd drink ik koffie met Odette. Zij is een onkerkelijke vriendin. Vroeger had ik, naast vriendinnen van kerk en school, ook al veel ”kinderen die nergens aan deden” om mij heen. Onder aan de bekende Van Brienenoordbrug, in dat kleine Rotterdamse dorpje Kralingse Veer, woonden veel mensen die niet (meer) kerkelijk waren.
Er gingen er nog wel wat naar de Laankerk, de ”gereformeerde kerk op wieltjes”, zoals mijn familie dat noemde. En bij ons aan de overkant, in de oud gereformeerde gemeente, zaten mijn oma, twee oudtantes en nog een handjevol zoekende mensen.
De ontkerkelijking kreeg in de jaren 70 steeds meer vat op ons kleine dorp. Veel kerkelijke families vertrokken (daarom) naar verderop liggende dorpen. Daar groeiden de kerken met bijbehorende scholen, en ontstond de Biblebelt.
Hoewel we als een van de weinige kerkelijke gezinnen in Kralingse Veer achterbleven, voelden we ons er thuis. Er was acceptatie en we waren gewoon Rotterdammers onder elkaar. Een grote saamhorigheid, ondanks de verschillen.
Zo kreeg ik als kind automatisch vrienden die niet gelovig waren. De dominee preekte dat je geen wereldse vriendschappen moest aangaan. Want als God een mens bekeerde, dan ging je de wereldse begeerlijkheden haten. Zolang ik met deze vrienden omging, kon ik dus geen kind van God zijn, was mijn stille conclusie. Vaak lag ik wakker van een knagend schuldgevoel, omdat ik de Heere God én mijn Rotterdammers juist zo liefhad.
Op m’n 14e verhuisde ons gezin dan toch naar een plaats bij familie op de Biblebelt en moest ik mijn lieve vrienden achterlaten.
„Helemaal gratis”
Als mijn man en ik met onze kinderen terugkomen in onze geboorteplaats, dan genieten wij enorm. Terwijl ik mij zelf vroeger nog weleens geneerde voor mijn mentaliteit, houden onze kinderen juist van dat normale. Als ik in de metro richting Rotterdam zit, waan ik me in vroeger tijden toen eenvoudig leven heel gewoon was. Daar mocht ik van mijn ouders zijn wie zij graag wilden dat ik was: gewoon mezelf (”je eigen”). „Dat is namelijk leuk zat.”
Het koffiemoment met Odette in mijn huidige woonplaats in het midden van het land is mij daarom misschien éxtra dierbaar. Ze is zonder Bijbel opgegroeid, maar had in de loop van haar leven toch een bepaald Godsbesef. Zij is mede tot geloof gekomen door een aantal gewone ontmoetingen. In een winkelcentrum kreeg zij van onze kerk een Bijbel en een kinderbijbel uitgereikt. „Ik kreeg ze helemaal gratis en het waren zulke lieve mensen”, zei ze verwonderd. Zo groeide haar geloof en ze leest nu steeds haar Bijbel en kinderbijbel.
Voor mij persoonlijk was deze werking van de Heere God in haar leven een intense bemoediging. Het bevestigde dat Hij zelf doorgaat met Zijn werk in mensenlevens en dat Hij hiervoor verschillende menselijke krachten en mogelijkheden wil gebruiken. Het bevestigde voor mij dat wij een oneindig grote God hebben, Die niet alleen keurige kerkmensen zalig maakt, maar ook vol ontferming op de door Hem geschapen wereld ziet.
Brug 010
Dat God doorgaat en mijn geboorteplaats niet losliet, bevestigt ook een inmiddels weer kleine, maar levende kerk in Rotterdam Kralingse Veer. De oud gereformeerde gemeente van mijn oma is een hersteld hervormde kerk geworden die huist in de voormalige gereformeerde Laankerk. Daar komt elke zondag een gemeente samen. Deze gemeente wil door middel van ”Brug 010” (Rotterdam heeft telefoonnetnummer 010) een kerk voor de wijk zijn.
En zo zie je overal in Rotterdam vergelijkbare initiatieven ontstaan. Zo bevestigt God des te meer dat Hij over Zijn eigen schepping waakt.
Laten we onze kostbare tijd daarom niet vullen met de strijd tussen of óm onze eigen waarheden en kerkmuren. We kunnen beter verbinding met elkaar zoeken in Woord en daad en de Heere met hulp van Zijn Geest eenvoudig gehoorzaam zijn. Dan worden tekorten en schuld(gevoelens) omgezet in afhankelijkheid, bewogenheid en gedrevenheid. Dank(zij) God en God alleen.
De auteur is echtgenote en moeder en behoort tot een reformatorische kerk in het midden van het land. Dit artikel is gebaseerd op een column die zijn voorlas tijdens een jongerenavond over kerkmuren.