Conferentie IRS: „Hoop is zekere verwachting op verlossing”
Anders dan het ingeburgerde moderne spraakgebruik heeft de hoop in de Bijbel niets te maken met onzekerheid. Integendeel in de Bijbel is hoop verbonden met een zekere verwachting op een volkomen verlossing, zei dr. P. de Vries vrijdagavond.
Deze hoop is zeker, omdat „de christelijke hoop bevestigd is op het fundament van de onwankelbare beloften van God.” Met deze woorden opende ds. De Vries, docent hermeneutiek aan het Hersteld Hervormd Seminarie, vrijdagavond op de jaarlijkse winterconferentie van stichting In de Rechte Straat (IRS) in Vierhouten. Hij gaf er een lezing over ”Wat is Bijbelse hoop?”. De IRS stelt zich tot doel rooms-katholieke medemensen bekend te maken met het Evangelie van Jezus Christus.
De IRS-winterconferentie die van vrijdagavond tot maandagmorgen duurt en die ruim zestig deelnemers telt, heeft als thema ”Levende hoop”. Behalve ds. De Vries spreekt ds. M. C. Schreur zaterdagmorgen over ”Hoop in verdrukking”. Emeritus predikant ds. D. J. Budding spreekt zaterdagavond over ”Hoop doet leven”.
Garantie
In zijn openingslezing benadrukte ds. De Vries hoezeer de hoop in de Bijbel verbonden is met een zekere verwachting van een volkomen zaligheid. „Omdat de hoop verbonden is met het geloof in de beloften Gods, die in Christus ja en amen zijn, heeft de gelovige de garantie dat de inhoud van de hoop eens gerealiseerd zal worden.”
De hersteld hervormde docent verwees onder andere naar een uitspraak van Paulus die zei: „Christus Zelf is onze hoop”. „Zoals een kind zeker weet dat zijn vader een gegeven belofte vervult, zo vertrouwt een kind van God dat de hemelse Vader de beloften vervullen zal.”
Die zekerheid wordt nog extra versterkt als de Heere Zelf Zijn beloften Gods met eedzwering bevestigt en bekrachtigt, aldus de predikant. „Al blijft een christen in dit leven vechten met een zondige aard, toch mag de christen een vast geloof hebben dat hij of zij in de volkomen verlossing delen zal.”
Zonder einde
Ds. De Vries wees op de heilige doop die ook een teken en zegel zijn van de gegronde hoop van een christen. „Deze hoop heeft naast het fundament op de gewisse beloften Gods, ook Gods verkiezende liefde als bron en dat is een liefde zonder begin en daarom ook zonder einde.”
In zijn lezing benadrukte ds. De Vries dat er alleen sprake kan zijn van hoop als er een band is met Christus. „De hoop is gericht op de wederkomst van Christus en daarmee heeft de inhoud van de hoop ook te maken met het herstel van de schepping. De moderne mens die is ondergedompeld in een genotcultuur, blijkt tegenslagen niet te kunnen incasseren. De vage hoop in de zin van ”misschien komt het in een toekomstig leven nog goed” is anders dan het Bijbelse getuigenis ”Na de dood is het leven mij bereid, God neemt mij op in Zijne heerlijkheid”.”
Zelfonderzoek
In het slot van zijn lezing behandelde de predikant het onderscheid tussen valse hoop en vaste hoop. De mogelijkheid dat iemand kerkelijk meelevend is en toch zonder de echte hoop leeft in Bijbelse zin, moet volgens de predikant worden erkend en daarom is de oproep tot zelfonderzoek legitiem.
Ten slotte betoogde hij dat de hoop net zo goed als het geloof een gave Gods is. „De hoop is dan ook altijd verbonden met de wedergeboorte en de inwoning van de Heilige Geest. Vanwege het innige verband tussen geloof, hoop en liefde, gaat de levende hoop nauw samen met een heilig leven en de onderlinge liefdesband met andere gelovigen.”