Iowa: kleine staat van groot belang
Het is een onopvallende staat. Geen spectaculaire natuur, hoge wolkenkrabbers of economische wonderen. Toch valt Iowa altijd de eer te beurt de eerste voorverkiezingen voor het Amerikaanse presidentschap te organiseren. En daar springen kandidaten graag op in.
Voorverkiezingen in Iowa zijn een belevenis. Het is een zogenaamde caucus, een soort ”vergadering van buren”. De burgers gaan daarbij niet naar een gewone stembus. Ze komen samen in gymzalen, huiskamers en kerkgebouwen (in totaal 1681 locaties) om met elkaar te bespreken welke kandidaat de steun van hun district steun verdient. Tijdens die bijeenkomst is er gelegenheid om anderen van je keuze te overtuigen.
Dat werkt als volgt. Bij binnenkomst gaan de burgers bij het bord van hun voorkeurskandidaat staan. Na deze eerste openbare stemming proberen zij elkaar te overtuigen om over te stappen naar een andere kandidaat. Dit is vaak ook een kwestie van strategie: alleen wanneer een kandidaat 15 procent of meer van de aanwezige burgers achter zich heeft, krijgt hij stemmen uit het district. Burgers die tijdens het debat constateren dat hun voorkeurskandidaat onvoldoende steun krijgt, zullen daarom aan het einde van de stemming vaak bij het bord van een andere kandidaat te vinden zijn.
De datum van de Iowa caucuses staat ook bij vrijwel iedere presidentskandidaat in de agenda omcirkeld, althans als het gaat om de Democraten. Voor de Republikeinen zijn ze nauwelijks van belang omdat de kandidatuur van Trump vrijwel zeker is.
Kansloos
Op 3 februari komen in de kiesdistricten de burgers samen om hun voorkeur uit te spreken voor mensen als Joe Biden, Bernie Sanders en Pete Buttigieg. Alleen de steenrijke Democraat Michael Bloomberg laat zich niet zien in Iowa. Hij rekent vooral op steun in de staten die later naar de stembus gaan.
Voor alle andere Democratische kandidaten is Iowa van groot belang. De meesten van hen zijn zonder een goede prestatie in deze staat vrijwel kansloos om de Democratische nominatie te verwerven. In de laatste dertig jaar was Bill Clinton in 1992 de enige Democraat die de strijd om de nominatie won zonder als eerste te eindigen in Iowa. Hij verloor ruim van senator Tom Harkin, voor wie Iowa zijn thuisstaat was.
De grote rol van Iowa in het selectieproces roept al jaren vragen op. Hoewel Iowa een zogenaamde swing state is, met veel zwevende kiezers, is de bevolking geen volledige afspiegeling van de Amerikaanse diversiteit. Bovendien geeft het één staat buitenproportioneel veel macht in het verkiezingsproces.
Voor de wat meer onbekende kandidaten heeft het meedingen in Iowa een voordeel: het is geen grote staat. Daardoor kunnen zij in die staat mediacampagnes betalen en ook veel gebieden bezoeken om de bewoners persoonlijk te spreken. Op dat laatste is de bevolking van Iowa dol. Ze verwacht van de presidentskandidaten ook dat die langskomen.
Aan deze verwachting hebben de Democraten ook deze keer weer ruimschoots voldaan. Zo bracht Joe Biden inmiddels 56 dagen (geheel of gedeeltelijk) door in Iowa, Bernie Sanders 59 en de –overigens weinig kansrijke– John Delaney zelfs 100.
Obama
Wel is de rol van Iowa kleiner dan in het verleden. Barack Obama bracht in de aanloop naar de voorverkiezingen van 2008 bijvoorbeeld 89 dagen door in de staat. Doordat er zoveel kandidaten deelnemen aan de voorverkiezingen, geloven de koplopers dat zij zonder overwinning in Iowa ook kans houden op de nominatie, mits zij maar kort daarna een goede prestatie neerzetten.
Bovendien weten de Democraten dat Michael Bloomberg erop mikt om later in de race staten naar zich toe te trekken. Hij richt zijn pijlen op Super Tuesday, de eerste dinsdag van maart waarop er in maar liefst veertien staten wordt gestemd. Boekt Bloomberg daar een aantal overwinningen, dan ziet het speelveld er heel anders uit.
De peilingen wijzen daar overigens nog niet op. Het feit dat Bloomberg echter honderden miljoenen eigen geld kan en wil spenderen aan zijn campagne, zorgt er toch voor dat de Democratische presidentskandidaten rekenen op een langdurige strijd.
Dat laat onverlet dat Iowa een belangrijke rol zal hebben in het verkleinen van het kandidatenveld. Van de nog participerende kandidaten zullen naar verwachting meerderen de race verlaten als ze een slecht resultaat in Iowa boeken. Voor anderen zal het betekenen dat geldschieters hun donaties zullen stoppen, omdat zij vrijwel kansloos blijken voor de nominatie. Dat is doorgaans een belangrijke stap naar het beëindigen van de kandidatuur.
Uitgangspositie
Vier kandidaten hebben vooralsnog een goede uitgangspositie voor een overwinning in Iowa. De progressieve senator Bernie Sanders en de meer gematigde vicepresident Joe Biden gaan gezamenlijk aan kop in de peilingen, kort daarop gevolgd door burgemeester Pete Buttigieg en senator Elizabeth Warren.
De geschiedenis wijst echter uit dat er in de laatste weken voor de Iowa caucus nog veel kan veranderen. De Republikeinse Rick Santorum won er in 2012 zonder ooit in één peiling bovenaan te hebben gestaan. In Iowa is de strijd niet gestreden totdat de kiezers zich naar de stemvergadering begeven. En door het ingewikkelde stemproces in de staat kan er zelfs dan nog van alles gebeuren.