„Te weinig tijd in de zorg voor preventie”
Bijna de helft van de verpleegkundigen in Nederland komt niet toe aan preventieve zorg voor patiënten, terwijl 96 procent het als een kerntaak binnen zijn vak ziet.
Dat blijkt uit een peiling onder 1370 professionals die zijn aangesloten bij de beroepsvereniging voor verpleegkundigen en verzorgenden (V&VN). Met name tijdsdruk, het gebrek aan collega’s en onvoldoende deskundigheid noemen verpleegkundigen als redenen.
V&VN-bestuurder Conny van Velden benadrukte woensdagochtend in het persbericht het belang van preventie. „Iedereen is het erover eens dat preventie belangrijk is. Het voorkomt onnodige kosten en leed.”
Van Velden vindt dat de verantwoordelijkheid voor preventieve zorg niet alleen een taak is voor verpleegkundigen. „Maar juist ook van de werkgever, de zorgverzekeraar, gemeenten en de politiek. We willen daarom met andere partijen zoeken naar manieren om het voor verpleegkundigen en verzorgenden mogelijk te maken om, ook in tijden van krapte, meer tijd aan preventie te besteden.”
Leefstijlverandering
Uit de enquête blijkt ook dat verpleegkundigen leefstijlverandering van patiënten belangrijk vinden. Zo kunnen bijvoorbeeld ziekenhuisopnames worden voorkomen en zijn er minder kosten.
Een derde van de ondervraagden vindt lichaamsbeweging van hun cliënten het belangrijkst als het gaat om preventie. Een iets kleiner deel ziet een goede hygiëne ter voorkoming van infectieziektes als de belangrijkste preventieve maatregel.
Ook het voorkomen van doorligplekken (decubitus) en vallen, en het bestrijden van eenzaamheid achten veel verpleegkundigen en verzorgenden van groot belang.
„Preventie is onderdeel van goede zorg”, geeft een zorgverlener aan. „Het zou niet in een apart vakje moeten zitten, maar vanzelfsprekend onderdeel moeten uitmaken van het pakket.”