Politiek

Discriminatie? Oei, vlug de Grondwet aanvullen

Moet het discriminatieverbod uit artikel 1 van de Grondwet worden uitgebreid met de verbodsgronden seksuele oriëntatie en handicap? In een Kamerdebat kregen de initiatiefnemers D66, GroenLinks en PvdA van dat plan donderdag behalve steun en kritiek vooral veel vragen. Wat voegt het toe?

6 December 2019 11:16Gewijzigd op 16 November 2020 17:41
De Tweede Kamer kreeg in 1992 van de gemeente Den Haag een Grondwetbank cadeau. Haagse scholieren gaven het monument in 2011 een schoonmaakbeurt. beeld ANP, David van Dam
De Tweede Kamer kreeg in 1992 van de gemeente Den Haag een Grondwetbank cadeau. Haagse scholieren gaven het monument in 2011 een schoonmaakbeurt. beeld ANP, David van Dam

Komt u uit Brabant en voelt u zich soms achtergesteld of gediscrimineerd? Bent u wellicht het slachtoffer van de Randstedelijke arrogantie? Kijk dan vlug of “regionale afkomst” wordt genoemd als verbodsgrond in artikel 1 van de Grondwet dat over discriminatie gaat. Indien niet, start dan een lobby om het daar alsnog in te krijgen. Niet uitgesloten is dat een of enkele Tweede Kamerfracties u graag behulpzaam zijn.

Zou zo’n actie wellicht een idee zijn voor D66, GroenLinks en PvdA?, vroeg SP’er Jasper van Dijk donderdag. Negen jaar na de indiening verdedigden die drie partijen in de Tweede Kamer eindelijk hun initiatiefwet uit 2010 om artikel 1 uit te breiden met de verbodsgronden seksuele oriëntatie en handicap. Sympathiek, prees Van Dijk en met hem de hele Kamer. Toch roept het plan ook vragen op.

Discriminatie is volgens artikel 1 expliciet niet toegestaan op grond van godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras en geslacht. Dat rijtje wordt voor alle zekerheid nog eens aangevuld met de alomvattende bepaling: „of op welke grond dan ook.” Duidelijker hoeft het niet, zou je zeggen. Of toch wel?

Jazeker, vinden D66, GroenLinks en PvdA. Seksuele oriëntatie en handicap moeten er nog bij. De reden: ook in 1983, bij de laatste Grondwetsherziening, waren dat al kandidaten. Maar een vermelding kregen beide om uiteenlopende redenen toen uiteindelijk niet.

De Kamer reageerde negen jaar geleden verdeeld, zeker toen de Raad van State zuinigjes, om niet te zeggen kritisch adviseerde. Moest dat wel? Wekt het expliciet noemen van steeds meer verbodsgronden niet de indruk dat andere vormen van discriminatie minder laakbaar zijn? Én, is het mede gezien het sobere karakter van de Grondwet niet beter om voortaan alleen nog op te schrijven: „Discriminatie mag niet”, gevolgd door een ferme punt?

Dergelijke fundamentele kritiek vindt tot op heden bijval. „Onnodig en contraproductief”, oordeelde oud-politicus Bas de Gaay Fortman (PPR/GroenLinks) in augustus de door de drie partijen voorgestelde verruiming in Trouw.

Net wel voldoende steun, niet niet; dat had nog jaren de situatie omtrent het wetsvoorstel kunnen zijn. Ware het niet dat CDA en ChristenUnie in 2017 exact hetzelfde voorstel als D66, GroenLinks en PvdA opperden in hun verkiezingsprogramma. De kabinetsformatie dreef de twee in de zomer van dat jaar in de armen van D66 en zo werd de deal beklonken: het voorstel kwam in het regeerakkoord. Zes woordvoerders debatteerden daardoor donderdag met de handen op de rug: die van VVD, CDA, D66, ChristenUnie, GroenLinks en PvdA. Ja, er zijn mitsen en maren. Maar hun keus was in 2010 en in 2017 nu eenmaal gemaakt.

Veel ontspannener toonden zich logischerwijs de oppositiewoordvoerders van SP, SGP en PVV. Vooral Van Dijk debatteerde frivool en strooide tal van plaagstootjes kwistig in het rond. SGP’er Roelof Bisschop noemde de indieners inconsequent. Niet meer discrimineren op handicap? Prima, is zijn redenering, maar waarom dan nog langer groen licht gegeven voor gentests en prenatale screenings met het kunnen aborteren van ernstig gehandicapte kinderen als belangrijk doel?

PVV’er Martin Bosma zei te verlangen naar de wijsheid van KVP’er Piet van der Sanden. Die verzuchtte al in 1976, toen het debat over de laatste grote Grondwetsherziening begon: „Laten we het houden bij de formulering: „Allen zijn voor de wet gelijk.”

De woordvoerders Harry van der Molen (CDA) en Carla Dik-Faber (ChristenUnie) hadden de moed te beamen dat het jongste uitbreidingsvoorstel het eerste van een lange reeks zou kunnen zijn. „We hechten eraan sommige gronden te noemen, maar willen tegelijk oneigenlijk onderscheid op niet-genoemde gronden voorkomen. Een dilemma”, vatte Dik-Faber samen.

Leeftijd

50PLUS-voorman Henk Krol liftte handig mee met de initiatiefnemers en schroefde de afgelopen maanden snel nóg een aanvullend wijzigingsvoorstel in elkaar: neem behalve seksuele oriëntatie en geslacht ook leeftijd op als verbodsgrond in artikel 1. Bosma en Van Dijk daagden Van der Molen en Dik-Faber uit om duidelijk te maken waarom de ene uitbreiding urgenter of passender is dan de andere. „Waarom slaat u de raad van Van der Sanden in de wind?” „Het opnemen van seksuele oriëntatie en handicap heeft het CDA de kiezer nu eenmaal beloofd”, redeneerde Van der Molen. Dik-Faber kocht tijd: de CU wacht af of ook Krol de Raad van State laat adviseren over zijn wijzigingsvoorstel.

In navolging van 50PLUS komt ook de SGP met een amendement: alle verbodsgronden weghalen uit artikel 1. Wat de indieners daarvan vinden, en van de vele andere vragen, moet blijken als zij hun critici van repliek mogen dienen. Een datum daarvoor is nog niet geprikt.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer