Voorlopig behoudt Catan zijn monopolie
Het is dringen in spellenland. Alleen al tijdens Spiel International, vorige maand in Essen, werden 1200 nieuwe spellen gepresenteerd. Succes is maar voor een enkeling weggelegd. Waar blijft de opvolger van Catan?
Overdag houdt adviseur Alexander Kneepkens zich bezig met de brexit, de financiële industrie en cyberbeveiliging. Zijn collega Arnold van Binsbergen adviseert dan bedrijven op het gebied van zorg, onderwijs en techniek. Na werktijd gaat echter de knop om. Zodra ze de deur achter zich dichttrekken, buigen ze zich voor hun gezamenlijke spellenbedrijf Jolly Dutch over spelregels en meesterzetten. Dan knippen en plakken ze hun eigen spelbord of testen ze met legoblokjes een gloednieuw concept.
De inspanningen blijven niet zonder succes. Van hun eerste officiële bordspel, ”Chartered: The Golden Age”, gingen duizenden exemplaren over de toonbank. Eerdaags verschijnt een tweede spel over parachutespringende dieren. Een derde spel –over Vikingen– is in de maak.
Deze dertigers zijn niet de enige spellenmakers. Wereldwijd zien wekelijks tal van nieuwe spellen het licht. Raakt de markt dan nooit verzadigd?
„Nee”, zegt Van Binsbergen resoluut. „Unieke spellen doen het altijd goed.” Als voorbeeld noemt hij de Oudegracht in Utrecht, waar binnen een straal van 100 meter maar liefst vier spellenwinkels zijn te vinden.
Miniatuurtreintje
„De vraag naar onderscheidende spellen groeit”, bevestigt ook spelontwikkelaar Michiel de Wit. Hij beleefde met Rollecate –een kaartspel over de miniatuurstoomtrein in het Goffertpark in Nijmegen– een bescheiden succes. Eerder al verkocht hij wereldwijd honderden exemplaren via crowdfundingwebsite kickstarter.com. Tijdens spellenbeurs Spiel International, vorige maand in het Duitse Essen, gingen nog eens ruim 150 spellen over de toonbank en toonden buitenlandse uitgevers hun interesse.
De Wit verklaart het succes uit een slimme combinatie van thema en concept: „Je moet een niche zoeken en de trends in de markt een beetje begrijpen om je te kunnen onderscheiden.” Dat Rollecate met een miniatuurtreintje wordt geleverd, doet de verkoopcijfers volgens hem ook goed: „Er is de laatste jaren steeds meer belangstelling voor spellen met mooie miniaturen.”
Spellenkenner Bastiaan Nox, bekend van recensiekanaal Nox’ Spellenzolder op YouTube, ziet bij consumenten een onverzadigbare behoefte: „Spelers kiezen sneller dan ooit voor een volgend spel. Vroeger had men twee tot zes spellen in de kast waarmee je het jaren moest doen. Tegenwoordig wordt een spel nog maar een jaar gespeeld, voordat wordt overgestapt op een ander.”
Basismechanismes
Vraag naar nieuwe spellen is er daardoor genoeg. Maar hoe kom je als maker met een goed idee? En hoe zorg je dat niet alleen je eerste spel onderscheidend is, maar dat je daarna ook succesvol blijft?
„Het spelsysteem is erg belangrijk, maar er is vooral vraag naar nieuwe thema’s”, legt Van Binsbergen uit. Nox bevestigt dat: „Er zijn veel basismechanismes die steeds terugkomen, zoals het verzamelen van kaarten of plaatsen van tegels. Vaak gebeurt dat in een bijzonder jasje of in een bijzondere combinatie van diverse mechanismen.” Die combinatie bepaalt voor een groot deel het succes van een spel. Nox: „Ik heb inmiddels zo’n 2000 verschillende spellen voorbij zien komen, maar word nog steeds aangenaam verrast. Vergelijk het met boeken: alles is al een keer geschreven, maar toch verschijnen er nog steeds toffe verhalen.”
Het helpt spellenmakers ook om zelf veel te spelen, vertelt Van Binsbergen: „Hoe meer spellen je speelt, hoe sneller je spelsystemen doorgrondt en hoe meer mogelijkheden je ziet voor een eigen variant.” Het type spel vormt voor hem en Kneepkens dan ook het uitgangspunt: „Op basis van het onderliggende systeem bedenk je een thema. Vervolgens is het design van het spel belangrijk: hoe zorg je dat het er aantrekkelijk uitziet?”
Zelf namen de mannen van Jolly Dutch een professionele spellenvormgever in de arm om een gelikt bordspel te presenteren. Deze maakte van de A4’tjes met schetsen een thematisch spelbord. De legoblokjes uit de proefversie werden vervangen door kunststof speelgoedhuisjes. Het resulteerde in een luxe uitgevoerd bordspel dat de sfeer van Amsterdam in de Gouden Eeuw ademt.
Intussen is de sociale component ook niet onbelangrijk, vertelt Nox. „Een bordspel is een sociale bezigheid. Spelers moeten dus vooral plezier beleven aan het spel.”
Denkwerk
De Wit maakte, voordat hij begon, eerst een lijstje met eisen: de opbrengst zou bestemd zijn voor de lokale Nijmeegse stoomtrein, het spel moest een miniatuur bevatten en Rollecate moest leuk voor jong en oud én niet te duur zijn. Hoewel De Wit al van jongs af aan spellen in elkaar knutselde, vond hij het „best lastig” om er uiteindelijk een op de markt te brengen. „Je moet rekening houden met veel verschillende spelscenario’s en het spel moet in alle gevallen leuk blijven. Dat is pittig. Bij een boek of film bepaal je vooraf het verloop van het verhaal, bij een spel is dat elke keer anders.”
Juist door dat aspect onderscheidt de nieuwe generatie bordspellen zich van de klassieke spellen, vertelt Nox: „Vroeger bepaalde de dobbelsteen wat er ging gebeuren, nu wil de speler invloed uitoefenen. Bij Catan zag je een eerste verschuiving, met aandacht voor kansberekening. Tegenwoordig zijn er genoeg spellen waarin de geluksfactor helemaal achterwege is gelaten.”
Een voorbeeld ervan is Wingspan, een veelgeprezen bordspel waarbij spelers veel verschillende activiteiten moeten uitvoeren om een optimaal leefgebied te creëren voor vogels. Elke stap vereist denkwerk en winnen met geluk is uitgesloten.
Zakcentje
De successen van Chartered en Rollecate ten spijt, is spelontwikkeling zeker geen vetpot. Om zo veel mogelijk spellen te verkopen, boden de makers ze tegen een lage prijs aan. Spellenfans kregen dus voor weinig geld een volwaardig spel in handen. Inmiddels steeg de prijs iets, en Kneepkens, Van Binsbergen en De Wit investeren elke verdiende euro in nieuwe spelideeën en marketing.
De Wit verdiende in eerste instantie zelfs helemaal niets aan Rollecate omdat hij de opbrengst aan het Goffertlijntje schonk. Daarom richt hij zijn ogen nu op een buitenlandse uitgever. „Als die Rollecate in een grote oplage kan uitbrengen, houd ik er misschien nog een zakcentje aan over.”
Ook Van Binsbergen en Kneepkens zoeken een buitenlandse uitgever. Tegelijkertijd waarderen ze de vrijheid om hun idee in eigen beheer uit te brengen. „Daardoor behouden we de regie op ons eigen spel, zodat we geen compromissen hoeven te sluiten over de inhoud. We zijn voor Chartered ook wel het gesprek aangegaan met enkele grote spellenuitgevers, maar die krijgen zo veel toegestuurd. En ze kunnen er nooit met zo veel passie aan werken als wijzelf.”
Hoewel vooral Chartered: The Golden Age wereldwijd hoge ogen gooide, behaalde het spel nog niet de status van Catan of monopoly. Spellenkenner Nox verklaart dat uit de enorme hoeveelheid nieuwe spellen die er continu worden geïntroduceerd. „Daardoor is het bijna onmogelijk om boven het maaiveld uit te steken. Alleen al op Spiel in Essen werden zo’n 1200 nieuwe titels gelanceerd. Er is te veel keuze om een monopolie in de spellenwereld te veroveren.”
De wereldwijde spellentoptien is er een van klassiekers
Wie groeide er niet op met stratego, monopoly en risk? Ouderen kunnen de spellen wel dromen, en ook de jeugd van tegenwoordig speelt ze. De spellen worden nu en dan afgestoft door de fabrikant en verschijnen vervolgens in een iets gewijzigde versie opnieuw op de markt. Succes verzekerd.
Wereldwijd is schaken het populairste bordspel. In de top 10 volgen daarna stratego, monopoly, risk, Catan, scrabble, zeeslag, Cluedo, Dominion en Ticket to Ride.
Opvallend: veel spellen in de top 10 draaien om strijd of handel. Veel spellen zijn al tientallen jaren oud. Alleen Catan, Dominion en Ticket to Ride hebben jonge papieren.
Een Joodse onderduiker bedacht stratego
De geschiedenis van stratego is bijzonder. Het bordspel, waarop twee spelers elkaars vlag proberen te veroveren, ontstond tijdens de Tweede Wereldoorlog. Op zijn onderduikadres bedacht de Jood Jacques Johan Mogendorff een spel waarmee hij zich met medespelers kon vermaken.
Mogendorff verleende de firma Smeets en Schippers na de oorlog een licentie om het spel uit te brengen. Een groot succes werd stratego aanvankelijk niet: Nederland had zijn buik vol van de oorlog. Toen Mogendorff het spel in 1958 echter aan Hausemann & Hötte verkocht, veranderden de tijden. De kartonnen speelstukken werden vervangen door houten blokjes en het spel werd voor 9,50 gulden verkocht. In het eerste jaar gingen er 15.000 exemplaren over de toonbank. Inmiddels wordt stratego in meer dan vijftig landen verkocht. Het spel kan door groepen worden gespeeld als levend stratego.