Verdeeldheid rond fusie Scherpenzeel met Barneveld
Kan het dorp Scherpenzeel in de Gelderse Vallei een zelfstandige gemeente blijven? Of ligt een bestuurlijke fusie met Barneveld meer voor de hand? De provincie Gelderland verlangt dat de gemeenteraad op die vragen in december een helder antwoord geeft.
Een oudere Scherpenzeler bij een van de viskramen op de wekelijkse warenmarkt maakt zich er niet druk om. „Ze gaan hun gang maar. Of je nou door de hond of de kat gebeten wordt, ik overleef het wel.”
Wat verderop, bij het pad naar de Grote Kerk, nemen enkele plaatsgenoten het nieuws van de dag door. Over een mogelijke samenvoeging van Scherpenzeel en Barneveld laten ze zich liever niet met naam en toenaam uit. „Geen politiek”, zegt de oudste man. „Maar we zijn er wel helemaal op tegen. We zijn Scherpenzeler, geen Barnevelders.”
Gelders commissaris van de Koning John Berends sprak deze zomer met een delegatie van de Scherpenzeels gemeenteraad af dat eind dit jaar „een duidelijke stip op de horizon wordt gezet.” Een onderzoeksbureau dat in opdracht van het gemeentebestuur de mogelijkheden verkende, adviseerde eerder al de optie van herindeling met Barneveld te verkennen „met behoud van de lokale identiteit en kracht van Scherpenzeel.” Zelfstandig blijven is te duur en de gemeente heeft daarvoor ook „onvoldoende bestuurskracht”, menen de onderzoekers.
Scherpenzeel, 1385 hectare groot, telt ruim 9800 inwoners. Het onderzoeksrapport typeert Barneveld als „een krachtige en tegelijkertijd nog overzichtelijke buurgemeente met ruim 57.000 inwoners.” Voor 2035 wordt een groei naar 70.000 inwoners begroot. Barneveld zou „een natuurlijke samenwerkingspartner” zijn. „Er bestaan diverse politieke, bestuurlijke en ambtelijke verbindingen. Ook de oriëntatie van inwoners van Scherpenzeel is deels op Barneveld gericht als het gaat om onderwijs, arbeidsmarkt, economie en voorzieningen.” In het gemeentehuis in Barneveld is men bovendien al gewend om met tien „veelzijdige dorpen” om te gaan. Daar zijn de identiteit en het voorzieningenniveau van Scherpenzeel volgens de onderzoekers daarom in goede handen.
De gemeente Barneveld wacht vooralsnog de Scherpenzeelse beslissing af. Met „een positieve grondhouding” brengt ze wel alvast de voor- en nadelen van herindeling voor haar en haar inwoners in kaart.
Begroting
„We ontkomen er waarschijnlijk niet aan dat we bij Barneveld worden gevoegd”, stelt Jan de Ridder nuchter vast. Hij staat ook bij het groepje bij de Grote Kerk en is na wat doorpraten toch bereid zijn visie te geven. „Scherpenzeel krijgt de begroting amper rond. Dat lukt in een grotere gemeente beter. Het kost ook klauwen met geld dat allerlei bureautjes zonder enige binding met het dorp voor een paar maanden worden ingehuurd voor een onderzoekje dit, een onderzoekje dat. Een grotere gemeente heeft daar wel de mensen voor. Scherpenzeel legt sommige taken nu al bij Barneveld of Veenendaal neer.”
De Ridder vreest wel voor zwembad ’t Willaer, waar hij vrijwilliger is. „Als het gemeenten na een fusie te veel geld gaat kosten, gaan er baden dicht. Dat gebeurde in Hoevelaken na het samengaan met Nijkerk. We zullen dat hier wel zo lang mogelijk tegenhouden.” Het dorpse karakter van Scherpenzeel dient intact te blijven, vindt De Ridder. „We hebben een goed verenigingsleven, iedereen kent elkaar. Scherpenzeel moet geen megastad worden, met duizenden woningen.”
Coby de Jong, die net haar boodschappen bij de kaasboer wil doen, is niet uitgesproken voor of tegen. „Mijn indruk is wel dat het gemeentehuis niet optimaal bezet is. In het verleden is er wel eens wat voorgevallen waarbij we dachten: Hebben ze dit of dat wel in de gaten? Laatst werd ook gemeld dat er meer ambtenaren bij moeten. Uit Barneveld hoorde ik dat ze daar allerlei potjes en energiesubsidies hebben voor huiseigenaren voor de klimaataanpak, terwijl ik daarover hier nog helemaal niks vernomen heb. Als Barneveld dat beter voor elkaar heeft, mogen de gemeenten van mij wel samengaan.”
Dynamisch
Bij een andere viskraam staat Andries Hendrikse, opgegroeid in Woudenberg en 42 jaar Scherpenzeler. „Ik ben een uitzondering misschien, maar Scherpenzeel moet zo snel mogelijk bij Barneveld. Een dynamische gemeente, die ervaring heeft met veel dorpen. In Voorthuizen en Kootwijkerbroek die erbij horen loopt het goed. Scherpenzeel is een mooi, rustig dorp, Barneveld behoudt dat rustige wel. Als je bij de kleinste gemeenten van Nederland hoort, is het een illusie te denken dat je zelfstandig kunt blijven. Met Barneveld zijn we goed af. Op den duur krijg je toch een samenvoeging en wie weet wat je dan boven het hoofd hangt.”
serie
Grote dossiers
Grote projecten, fusies, jarenlang slepende dossiers. Het lokale bestuur, burgers en bedrijven staan soms lijnrecht tegenover elkaar. Zaterdag deel 3.