Kok had op de avond waarop hij vermoord werd een afspraak met de 30-jarige Christopher Hughes. Mogelijk werd de Schot ingezet om Kok in de val te lokken. Hughes werd na de moord verhoord, maar wegens gebrek aan bewijs vrijgelaten.

Martin Kok, zelf veroordeeld voor onder meer doodslag, werd op 8 december 2016 in zijn auto doodgeschoten na een bezoek aan een seksclub in Laren. De Nederlandse crimineel Ridouan Taghi wordt ook gelinkt aan de moord.

De voortvluchtige Schot Hughes, behoort, samen met vier anderen, tot een Schotse misdaadbende. Het vijftal zou mogelijk geregeld in Amsterdam, Rotterdam of Eindhoven verblijven. Een van hen woont mogelijk zelfs in Amsterdam, meldt de politie. De Schotse politie is naar hen op zoek, ze staan ook internationaal gesignaleerd. De vijf mannen worden onder meer verdacht van zware vergrijpen, waaronder martelingen, ontvoeringen en moorden.

De broers James (46) en Barry Gillespie (42) zouden aan het hoofd van de criminele organisatie staan. De andere drie Schotten, onder wie Hughes, worden gezien als handlangers die het vuile werk opknappen.

Explosief

Een woordvoerder van de politie meldde in Opsporing Verzocht dat de bende „uiterst gevaarlijk” is. De „keiharde straatvechters” zouden bekend staan om hun extreem korte lontje. Voor de tip die tot aanhouding leidt, is voor alle vijf afzonderlijk een beloning uitgeloofd van 5.000 pond, omgerekend zo’n 5.800 euro.

De aanslag in Laren waarbij Hughes aanwezig was, was niet de eerste aanslag op het leven van Kok. Enkele uren voor zijn liquidatie ontsnapte hij nog aan de dood toen in Amsterdam op straat een poging werd gedaan hem om te brengen.

Een paar maanden daarvoor werd onder zijn auto een extreem krachtig explosief ontdekt. Volgens het Nederlands Forensisch Instituut (NFI) had het explosief veertig keer de kracht van een handgranaat en zouden er meerdere slachtoffers zijn gevallen, als de bom was afgegaan.