GBS-toogdag: „We hebben veel, maar er ligt ook veel schuld”
Het bestuur van de Gereformeerde Bijbelstichting wil de aloude Statenvertaling, zoals die ons is overgeleverd en toebetrouwd, in zijn meest zuivere vorm bewaren, opdat Gods stem in onze taal wordt gehoord. We bidden u toe dat er in uw leven plaatsgemaakt zou worden voor het vleesgeworden Woord.
Met deze woorden opende ds. A. C. Rijken, voorzitter van de Gereformeerde Bijbelstichting (GBS), zaterdag in Barneveld de 54ste toogdag. De bijeenkomst, die werd gehouden in het kerkgebouw van de gereformeerde gemeente in Nederland, De Hoeksteen, werd bijgewoond door ongeveer 1200 bezoekers.
Ds. Rijken sprak over Amos 8. In dit hoofdstuk kondigt de profeet de oordelen Gods aan. Er zal honger zijn in het land, niet naar brood, maar naar de woorden des Heeren, zei de emeritus predikant van de Herstelde Hervormde Kerk. „Dat is een wonder, als er honger is naar het Woord, als er uitzien is om het te mogen lezen, ook al stelt het Woord mij schuldig. Maar Amos profeteert dat het Woord niet gevonden zal worden. De mensen zuchten onder de slagen en willen wel van het oordeel af, maar er is geen droefheid naar God. Mocht de Heere onder ons die ware droefheid willen schenken, opdat wij ons zouden bekeren en leven.”
Ds. A. van Voorden, predikant van de gereformeerde gemeente in Nederland te Leerdam, overdacht Habakuk 3. De Bijbel is van kaft tot kaft Gods Woord, zei hij. „We kunnen dat overdenken in een tekst, of in een gedeelte van een tekst, of in één woord. In Habakuk 3:18 staat het woord ‘nochtans’. Andere overzettingen hebben dat wegvertaald, maar in dit woord ligt het Goddelijk wonder verklaard. Het duidt op de weg der verlossing in Christus Jezus. Hoewel de vijgenboom niet bloeien zal, nochtans zal ik in den Heere opspringen, zegt Habakuk. Het moet een wonder worden om het woordje ‘nochtans te mogen beleven. Ondanks alle donkerheid is er dit ‘nochtans’. Het is donker. Het is niet meer zoals vroeger. Het is ongekend zoals land en volk in verval zijn. Maar ondanks alle afvalligheid van onze dagen heeft God ons Zijn Woord nog gelaten, heeft Hij ons dit pand toebetrouwd.”
De ochtendbijeenkomst werd afgesloten door ds. A. F. R. van de Veen. De oud gereformeerde predikant uit Ede-Wekerom sprak aan de hand van Psalm 19 over ”de heerlijkheid van God en van Zijn Woord”. Hij sloot aan bij het ‘nochtans’ uit de profetie van Habakuk. „We kunnen strijden voor de aloude Statenvertaling, maar dit ‘nochtans’ van het geloof zal gekend moeten worden, want tenzij dat wij van nieuws geboren worden, wij kunnen het Koninkrijk van God niet ingaan. Onze rechtzinnigheid zal ons niet redden, we moeten bekeerd worden. Bent u nu al bekeerd. Wat dat is, bekering? Dat is het Goddelijk halt: Tot hiertoe en niet verder. Is dat nu al gebeurd in je leven? Als dat gebeurt, ga je zoeken naar de dingen die Boven zijn. Daarom zeggen we het vandaag tot u: Bekeert u, bekeert u, want waarom zoudt ge sterven? We liggen verloren, maar we kunnen behouden worden.”
De middagbijeenkomst werd geopend door ds. C. Hogchem, predikant van de gereformeerde gemeente te Aalburg. Hij mediteerde over 2 Timothéüs 3:14 en 15. Paulus schrijft daar over mensen die hun val uitleven, zei ds. Hogchem. „Wel een wonder als we daarvoor bewaard worden. Paulus schrijft aan Timothéüs: „Maar blijf gij in hetgeen gij geleerd hebt.” Wat heeft hij geleerd? De grondstukken der waarheid, de leer die naar de Godzaligheid is. Dat is de waarheid die roemt in vrije gunst alleen, als de zekere zaak van het welbehagen Gods in Christus. Paulus zegt: „Blijf in hetgeen gij geleerd hebt.” Dat is niet: in de buurt ervan, maar: erin. Er is in onze dagen zoveel afwijking en geschipper, we zitten er allemaal vol van, maar de apostel zegt: „Blijf erin.” Dat is geen verzoek, maar een bevel van Christuswege. Wat ons in de GBS drijft, is niet maar wat geneuzel, het is geen gestolde zaak, maar heilige werkelijkheid. Als de heiligheid van het Woord in ons hart leeft, worden we voorzichtig en gaan we vragen om licht en wijsheid om de heilige letters van de Statenvertaling te bewaren voor het nageslacht. We hebben nog veel, maar er ligt ook veel schuld.”
Ds. A. Vlietstra, hersteld hervormd predikant te Harskamp, sprak over Handelingen 13, waarin staat dat de Heere het heilig Evangeliewoord heeft laten brengen in de stad Antiochië. „In de synagoge neemt Paulus het woord. Hij spreekt over Davids grote Zoon, stelt Hij aan de Joden de Messias voor als de Christus der Schriften, door Wie vergeving van zonden ontvangen kan worden.
Vers 39 van dit hoofdstuk spreekt over: „door Dezen.” Ds. Vlietstra: „Door ‘Deze’ kunnen we gerechtvaardigd worden, niet door de werken van Mozes, maar door ‘Dezen’. Niet door de werken der wet, wel door een waar geloof in Jezus Christus.”
De christelijke gereformeerd predikant ds. A. van Heteren, secretaris van de GBS, besloot de toogdag met een overdenking van Prediker 12:5: „De mens gaat naar zijn eeuwig huis”. Hij zei: „Misschien komen we straks weer thuis. Maar dat is geen vanzelfsprekendheid, want het kan plotseling eeuwigheid zijn. Salómo heeft in Prediker 12 oude mensen op het oog, maar zelfs ouderen kunnen dood voor de dood zijn. De sterfelijke mens heeft de band met God doorgesneden waardoor hij een vijand van God en vrije genade is geworden. Er moet een wonder in ons leven gebeuren, zodat we gaan leren om onze dagen te tellen. Daartoe geeft de Heere ons nog Zijn Woord. Het geloof is uit het gehoor en het gehoor uit het Woord Gods. Dat Woord zal niet ledig tot Hem wederkeren, totdat de laatste zal zijn toegedaan. Waar is uw reis naartoe?”