Oog voor schoonheid in dorpskerk Kootwijkerbroek
De hervormde kerk te Kootwijkerbroek is gerenoveerd, met aandacht voor Bijbelse elementen in het interieur. „We zijn tot de conclusie gekomen dat er in een kerkgebouw best sprake mag zijn van schoonheid.”
Het kerkgebouw aan de Veluweweg staat net buiten de bebouwde kom van Kootwijkerbroek te schitteren in de glans van de najaarszon, te midden van weilanden en omringd door bomen. Hier werd in de negentiende eeuw op een stuk heideveld de eerste kerk van Kootwijkerbroek gebouwd. Het dorp is later naar de andere kant toe uitgebreid.
Als je door de grote deur de kerk binnengaat, sta je voor een nieuwe brede glazen deur, zodat je direct de kerk kunt inkijken. Hierachter ligt een betegelde ontmoetingsruimte, een voorhof, met in het midden een kleurig tegeltableau met de Griekse letters alfa en omega. De ruimte, die door een flexibele, glazen wand gescheiden wordt van de kerkzaal, kan gebruikt worden om extra zitplaatsen te creëren.
Opklapbanken
De kerkzaal heeft een heel andere uitstraling gekregen. Het middenpad is breder geworden, wat vooral bij huwelijken en begrafenissen belangrijk is. Het interieur is lichter en strakker. Ook de orgelkas oogt strakker na verwijdering van houtsnijwerk. De wanden van de kerkzaal zijn wit gestuukt, op de vloer liggen tegels en er zijn nieuwe, lichtgekleurde opklapbanken geplaatst.
Het aantal zitplaatsen is iets kleiner geworden. Voor de renovatie waren dat er ongeveer 850, nu zijn het er 600, wat met stoelen uit te breiden is tot 825. Dat is ruimschoots voldoende. De morgendienst trekt zo’n 600 kerkgangers en de avonddienst minder dan de helft.
Opvallend zijn de glazen randen boven de preekstoel, de doopvont en de lezenaar. „We zijn vier jaar geleden begonnen met het nadenken over de verbouwing”, zegt Dirk Kroon, voorzitter van de renovatiecommissie. „We zijn bij onze bezinning uitgegaan van de Bijbel en kwamen door de geschiedenis van de bouw van de tabernakel tot de conclusie dat er in een kerk plaats mag zijn voor schoonheid. De tabernakel werd vervaardigd door kunstenaars die mooie voorwerpen maakten. Daarom hebben wij ook gekozen voor een aantal kunstzinnige elementen, zoals de glazen randen en het tegeltableau, en hebben we ervoor gezorgd dat de gebrandschilderde ramen goed tot hun recht komen.”
Zoals David voor de bouw van de tempel vooraf geld bijeengebracht had, zo heeft de gemeente van tevoren geld ingezameld. Kroon: „Tijdens een vrouwenochtend kregen de tachtig aanwezige vrouwen allemaal een tientje, met de vraag om daarmee aan de slag te gaan. Ze hebben het geld vermenigvuldigd tot een gezamenlijk bedrag van ruim 4000 euro. Zo zijn er heel veel acties gehouden om het bedrag van 750.000 euro te halen.”
De commissievoorzitter roemt de mentaliteit van de vele vrijwilligers. „Kootwijkerbroekers zijn deskundige doeners. De commissie kreeg van de kerkenraad veel vrijheid bij de renovatie zodat er weinig sturing van bovenaf nodig was.”
Dorpshuis
De renovatie duurde van eind april tot begin september. In de tussentijd werden de diensten gehouden in de Essenburcht, het dorpshuis van Kootwijkerbroek. De eerste dienst in de gerenoveerde kerk vond plaats op 8 september. De kanselbijbel werd geopend door Diederik Brunekreeft en Jaël van Geresteijn.
Ds. C. G. Visser preekte over 1 Petrus 2:4 en 5. Ds. Visser: „Het was een preek over stenen. Christus is de Hoeksteen. De gelovigen zijn de levende stenen. Samen worden ze tot een geestelijk huis gebouwd. Die kerk is een permanente bouwplaats en die is nog niet af.”
Twee kerken, twee gemeenten
In de vernieuwde consistorie hangen negentien portretten van predikanten die de hervormde gemeente Kootwijk/Kootwijkerbroek gediend hebben. De gemeente heeft twee kerkgebouwen, een te Kootwijk en een te Kootwijkerbroek, twee wijkgemeenten en twee predikanten. Kootwijk is de moedergemeente. De eerste predikant van Kootwijkerbroek was ds. Nic. Lambers, die in 1894 kwam. De eerste kerk dateert van 1890. Het gebouw werd uitgebreid met twee galerijen. Aangezien de kerk weer te klein was, werd in 1957 een nieuwe kerk gebouwd, met bijna 600 zitplaatsen op de begane grond en 60 op de orgelgalerij. Het orgel werd later verplaatst, zodat er op de galerij ruimte ontstond voor 250 zitplaatsen.