Binnenland

„Wethouder Barneveld wist wel van onderzoek naar zand”

Wethouder Aart de Kruijf (SGP) wilde in december 2017 geen bredere aandacht voor onderzoek naar mogelijk vervuild zand onder de woonwijk Eilanden-Oost in Barneveld omdat het nieuwbouwproject daardoor in gevaar zou kunnen komen.

Van onze correspondent
2 October 2019 19:56Gewijzigd op 16 November 2020 17:08
beeld RD, Henk Visscher
beeld RD, Henk Visscher

Dat schrijft zijn toenmalige collega Gerard van den Hengel (VVD) in een brief aan de gemeenteraad en het college van burgemeester en wethouders.

De bewering van Van den Hengel staat haaks op de verklaring van De Kruijf maandagavond in een commissievergadering van de gemeenteraad dat hij pas op 20 maart 2018 hoorde van het onderzoek. „U moet mij geloven dat het mij niet eerder bekend was”, zei De Kruijf. Van den Hengel stelt dat hij ook burgemeester Asje van Dijk al in december 2017 over het onderzoek informeerde.

Nadat het tv-programma Zembla daarover in november berichtte heeft het mogelijk vervuilde zand van het plaatselijke grondbedrijf Vink de afgelopen maanden nogal wat ophef gegeven in Barneveld, vooral bij bewoners van de wijken Eilanden-Oost en Veller.

Volgens Van den Hengel heeft een medewerker van de Omgevingsdienst De Vallei (ODDV) hem in december 2017 meegedeeld dat onderzoek werd gedaan naar een partij zand van Vink. „Zand dat mogelijk gebruikt was onder Eilanden-Oost. Ik moest er nog niets mee doen omdat er nog geen strafbare feiten of overtredingen waren aangetoond. Ik heb gevraagd om ook wethouder De Kruijf hiervan op de hoogte te stellen”, aldus Van den Hengel. „In de week erop heb ik zelf burgemeester Van Dijk, wethouder De Kruijf en projectdirecteur Schouwaert op de hoogte gebracht.”

„In afwachting van de uitkomsten van het onderzoek kon ik vanuit handhaving niet echt actie ondernemen”, schrijft de oud-wethouder verder. „In één van de stuurgroepvergaderingen Eilanden-oost (of Veller) heb ik dit eveneens ter sprake gebracht en gevraagd of gezien de verdenking er niet breder aandacht aan besteed zou moeten worden. De reactie van de heren De Kruijf en Schouwaert was of ik wel goed bij mijn hoofd was om hiermee het project in gevaar te brengen. In de stuurgroep was geen ontvankelijkheid voor een discussie over dit onderwerp.”

In de eerste maanden van 2018 had het onderzoek plaats, aldus Van den Hengel. „In maart kwamen er toch meer onderbouwde verdenkingen binnen, maar moesten we wachten op het officiële rapport van de omgevingsdienst. Dit was aanleiding om er in het college in maart over te spreken. Naar ik heb begrepen is dit rapport met feiten binnengekomen op 17 april. Daarna is pas een situatie ontstaan om bestuurlijk te handelen. Mijn laatste werkdag als wethouder was eveneens 17 april.”

Van den Hengel, nu waarnemend burgemeester van de Twentse gemeente Borne, schrijft „met ongeloof” kennis te hebben genomen van De Kruijfs verklaring. „Het is not done om namen van voorgangers te noemen terwijl deze zich niet kunnen verdedigen. Zeker daar ik niet ben gehoord door de commissie-Eenhoorn (die onderzoek heeft gedaan naar het handelen van de gemeente in de zandkwestie, red.). Ik verwacht dat de verdachtmaking door de heer De Kruijf wordt ingetrokken en een rectificatie volgt.”

Het college weerspreekt in een reactie de lezing van Van den Hengel. „Het is de oprechte herinnering van ons college en de betrokken ambtenaren dat de eind 2017 informeel gedeelde informatie voor het eerst in de rondvraag van de collegevergadering van 20 maart 2018 is besproken.” De reactie gaat niet expliciet in op de vraag of verantwoordelijk wethouder De Kruijf er niettemin eerder van wist.



Donderdagavond staat het rapport van de commissie-Eenhoorn op de raadsagenda.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer