Huis Nijmegen eert schilderende broers Van Lymborch
Herman, Paul en Johan van Lymborch schilderden twee beroemde getijdenboeken. Op de plek waar zij in de middeleeuwen in Nijmegen het vak leerden, belicht voortaan het Gebroeders Van Lymborchhuis leven en werk van deze grondleggers van de westerse schilderkunst.
Hun werk is aanzienlijk bekender dan hun namen. „In alle schoolboeken over de middeleeuwen staan hun afbeeldingen van kastelen, edelen en boeren”, zegt historicus Peter van der Heijden. De oorspronkelijke miniaturen waren kleiner dan een A4’tje. Een paar van die werken sieren nu sterk uitvergroot de wanden van het pand aan de Burchtstraat dat in 1860 werd gebouwd bovenop de nog aanwezige middeleeuwse kelders van hun familieatelier. De plaatselijke Stichting Gebroeders Van Lymborch neemt het deze maand in gebruik om er bekendheid te geven aan het erfgoed van de Van Lymborchs.
De drie broers vervaardigden rond 1400 absolute hoogtepunten van de middeleeuwse kunst. Voor de kunstminnende hertog Jean de Berry in Parijs, broer van de Franse koning, illustreerden zij miniaturen met Bijbelse en andere voorstellingen voor twee getijdenboeken: ”Belles Heures du duc de Berry”, nu eigendom van The Metropolitan Museum of Art in New York, en ”Très Riches Heures du duc de Berry”, dat wordt bewaard in het Musée Condé in het kasteel van Chantilly bij Parijs.
Ook werkten de Van Lymborchs mee aan een geïllustreerde ”Bible moralisée” voor Filips de Stoute, hertog van Bourgondië. Dat boek behoort tot de collectie van de Bibliothèque nationale de France in Parijs.
Landschappen
Voor hun miniaturen op perkament gebruikten de broers natuurlijke pigmenten. Van der Heijden: „Het rijke kleurgebruik en de landschapsschildering zijn kenmerkend. De Van Lymborchs vulden als eersten een hele pagina van een getijdenboek met één miniatuur. Vernieuwend was ook dat zij figuren emoties en persoonlijkheid gaven. Ze waren verder pioniers in het toepassen van perspectief. Bovendien zijn hun landschappen heel herkenbaar. De meeste religieuze afbeeldingen uit de middeleeuwen hadden nauwelijks decor. Landschappen werden heel abstract geschilderd. Bij de Van Lymborchs is het decor echter onderdeel van hun kunst. Monumentale gebouwen die nu nog bestaan, gaven ze vrij gedetailleerd weer.”
Na enkele eeuwen in privébibliotheken doken de getijdenboeken eind negentiende eeuw op. Aanvankelijk stonden de Van Lymborchs als Franse kunstenaars te boek. Pas een halve eeuw geleden ontdekte een archivaris van de Duitse stad Kleef dat ze waren geboren (in de jaren 1385-1388) en getogen in Nijmegen. Daar werd in 2003 de Stichting Gebroeders Van Lymborch opgericht om de broers zichtbaar te maken in de stad voor zowel de eigen inwoners als de vele bezoekers.
De stichting richt zich op onderzoek en educatie. Zakelijk leider Rosalie Thomassen: „Tot vorig jaar organiseerden we jaarlijks een middeleeuws festival. Het voordeel van een eigen ruimte is dat we nu niet slechts enkele dagen in het jaar, maar permanent het verhaal van de gebroeders kunnen vertellen. Het pand, waarin eerder een wijnwinkel en een broodjeszaak gevestigd waren, kwam vrij. Onze stichting heeft er jaren op zitten azen om het te kunnen huren.”
Het Gebroeders Van Lymborchhuis wordt de basis voor historische en culturele publieksactiviteiten. „Van tentoonstelling tot lezing, van middeleeuwse muziekavond tot stadswandeling”, aldus Thomassen. „Aan nieuwe educatieprogramma’s voor het onderwijs wordt gewerkt.”
In het pand worden ook middeleeuwse kostuums uit de eigen collectie van de stichting geëxposeerd. In een vitrine liggen facsimile-uitgaven van de twee getijdenboeken, waarvan wisselende pagina’s worden getoond. Een kijkje in de middeleeuwse kelders van rond 1380 is mogelijk. Op termijn komt daar een speciale presentatie met moderne technieken.
Straatnamen
Van der Heijden: „De Van Lymborchs stonden helemaal vooraan in de westerse kunstgeschiedenis. Doordat ze toen als zodanig niet bekend waren, misten zij de periode waarin straten en pleinen naar Nederlandse kunstenaars werden vernoemd. Nu hebben de broers toch hun eigen huis in hun geboortestad. Amsterdam heeft het Rembrandthuis, Delft het Vermeercentrum. Terecht, die schilders uit de Gouden Eeuw horen bij die steden. Het Gebroeders Van Lymborchhuis zet een geschiedenis van 250 jaar eerder in de schijnwerpers, nog voor Jan van Eyck en de Vlaamse primitieven.”