Terreurverdachten willen infiltrant horen
De zes terreurverdachten die vorig jaar september in en rond Arnhem werden opgepakt omdat ze een aanslag op een evenement zouden willen plegen, willen de infiltrant in hun groep horen. Ook de begeleiders van de infiltrant, die eveneens contact hadden met de verdachten, zouden moeten worden ondervraagd. Dat bepleitten de drie advocaten van de terreurverdachten tijdens een voorbereidende zitting voor de rechtbank in Rotterdam.
De infiltrant had onder meer contact met de vermeende terreurcel in een vakantiehuisje in Weert, waar hij (onklaar gemaakte) wapens aan de mannen leverde. De verdediging wil aantonen dat de verdachten zijn uitgelokt tot illegaal handelen. Volgens een van de advocaten blijkt uit Europese regels dat het Openbaar Ministerie moet aantonen dat géén sprake was van uitlokking.
Hoofdverdachte Hardi N. heeft zich bereid verklaard een verklaring af te leggen. Hij heeft zijn telefoon ontgrendeld, juist ook om de rol van de infiltrant te kunnen aantonen. Volgens de officier van justitie staat daar ontzettend veel informatie op.
De advocaten willen ook dat alle verdachten als onderlinge getuigen worden verhoord.