Blik op het Midden-Oosten: het kalifaat is een concept dat vaker terug gaat komen
Nu de grootste stofwolken rond Islamitische Staat zijn neergedaald, kan het zinvol zijn om het concept van het kalifaat nader onder de loep te nemen. Want er zullen meer kalifaten volgen.

Toen in 1258 de stad Bagdad door de Mongolen werd ingenomen, was dat niets minder dan een aardverschuiving. Niet alleen verloren de Arabieren de hoofdstad van hun uitgestrekte rijk, ook kwam hun kalifaat daarmee tot een eind. Het Abassidische rijk hield na roemruchte eeuwen op te bestaan. En dat was nogal wat. Nadat Mohammed, profeet van de islam, in 632 was overleden, waren er altijd opeenvolgende Arabische kalifaten geweest – de een nog bloeiender en veelomvattender dan de ander. Dat was nu verleden tijd.
In het Westen mag de val van Bagdad dan geen speciale betekenis hebben, maar wie het Midden-Oosten in het algemeen en de Arabische wereld in het bijzonder wil begrijpen, kan niet om het jaar 1258 heen. Het is op z’n minst wat de val van Constantinopel in 1453 voor de christelijke wereld betekende.
De teloorgang van het kalifaat en het verlangen naar zo’n nieuw vrederijk waarin moslims de islam tot bloei brengen, zijn nog altijd aanwezig in de collectieve Arabische psyche. En dat is een pijnlijk feit. Ooit was het Arabische rijk immers een wereldmacht, maar daar is niets, maar dan ook niets meer van over.
Extra pijn doet het dat grote delen van het Midden-Oosten na de Eerste Wereldoorlog nota bene door het Westen werden gekoloniseerd. Het Westen, dat nog in de donkere middeleeuwen verkeerde toen aan de Arabische hoven de fijnzinnigste uitvindingen werden gedaan.
Vanuit dat gezichtspunt doet het ook extra pijn dat in 1948 het land Israël werd gesticht – op een plaats waar nota bene vroeger de Arabische kalifaten het voor het zeggen hadden. Hoe heeft het ooit oppermachtige Arabië dit kunnen laten gebeuren? En belangrijker nog: wat kan er worden gedaan om het tij te keren?
Ziedaar de brandende vragen die op de achtergrond een rol speelden bij het kortstondige succes van het kalifaat van Islamitische Staat. Natuurlijk is het niet zo dat iedere IS-strijder naar het kalifaat ging om de gloriedagen van weleer opnieuw tot leven te roepen – al zou ik niet graag de strijders de kost geven voor wie dat wel het voornaamste argument was. Was het immers niet Mohammed zelf die, volgens de overlevering, de voorspelling deed dat het kalifaat de laatste regeervorm zal zijn? Er zijn hadiths (overleveringen van Mohammed) waarin het kalifaat de hoofdrol speelt in het einde der tijden.
De betekenis van het kalifaat in het islamitisch-Arabische narratief, kortom, kan maar moeilijk worden overschat. Dat kalifaat hoeft geen extreem wrede staat zoals die van IS te zijn, maar tegelijkertijd kan er geen misverstand over bestaan dat ieder kalifaat een werelds rijk was, dat alleen door harde gevechten tot stand kon komen.
IS heeft de beloftes van een aards vrederijk voor moslims niet waar kunnen maken – integendeel. Dat was voor veel strijders een bittere pil, maar heeft niet het geloof weggenomen dat er ooit weer een bloeiend kalifaat gaat komen. De bronteksten zijn daarover duidelijk.
Het is dus wachten op nieuwe pogingen om het kalifaat van ooit in ere te herstellen. Islamitische Staat was bij lange na niet het eerste kalifaat, en het zal ook niet de laatste zijn.