Kans op verlenging nucleair akkoord met Iran wordt met elk nieuw incident kleiner
En weer was er een incident in de Straat van Hormuz, de nauwe zee-engte tussen Oman en Iran. Iraanse schepen probeerden er woensdag een Britse olietanker, de British Heritage, tegen te houden. Pas na waarschuwingen van een Engels oorlogsschip trokken de schepen zich terug, aldus de Britse regering donderdag.
Iran verwees de Britse beschuldiging over het incident van woensdag al snel naar het rijk der fabelen. Minister van Buitenlandse Zaken Javad Zarif wees erop dat het schip gewoon was gepasseerd. De uitlatingen van Londen zouden slechts bedoeld zijn geweest om de spanningen te verhogen. „De beweringen hebben geen enkele waarde”, stelde Zarif.
Dat de spanningen rond Iran hiermee verder zijn opgelopen, is ontegenzeggelijk waar. Het is echter erg onwaarschijnlijk dat Groot-Brittannië daarvan de oorzaak is. Als een van de mogendheden die probeert de nucleaire overeenkomst met Iran overeind te houden, heeft Londen daar geen enkel belang bij. Daarbij komt dat Teheran een motief heeft: eerder deze week dreigde het regime met een reactie te komen op de Britse inbeslagname van een Iraanse tanker in Gibraltar. De Britse marine hield het schip vorige week aan op verdenking van olietransport naar Syrië, waarmee het Europese sancties tegen dat land overtrad.
Het heeft er dus alle schijn van dat Iran hiermee een statement heeft willen maken. De impact ervan is groter dan een signaal richting Groot-Brittannië. Een verlenging van het nucleaire akkoord dat Iran in 2015 sloot met onder meer de Verenigde Staten, de Europese Unie, Rusland en China wordt met elk nieuw incident moeilijker. De Verenigde Staten stapten vorig jaar uit dat akkoord, maar Europese landen, waaronder Nederland, proberen het te redden.
Als klap op de vuurpijl kondigden de Verenigde Staten woensdag nieuwe sancties tegen Iran aan. „De sancties worden binnenkort substantieel opgevoerd”, twitterde president Donald Trump. Het zal Iran nog verder in de gordijnen jagen.
Duidelijk is dat Iran met de Straat van Hormuz een belangrijke troef in handen heeft. De straat is van cruciaal belang voor de internationale scheepvaart. Tussen de 20 en 30 procent van de olie die wereldwijd wordt geconsumeerd, gaat door het water tussen Iran en Oman. De New York Times turfde dat tussen 15 mei en 15 juni meer dan duizend tankers de Straat passeerden.
De Verenigde Staten hebben Nederland en andere NAVO-bondgenoten gevraagd met militaire middelen te helpen de Straat open te houden. Het kabinet heeft laten weten te overwegen een fregat te sturen.
Het dilemma voor Den Haag is dat het zich daarmee in de ogen van Iran aan de kant van de Verenigde Staten schaart, terwijl de Europeanen het niet eens zijn met de sancties en willen vasthouden aan het nucleaire verdrag. Duidelijk is nu echter ook dat Iran er niet erg op gebrand is de lijntjes open te houden.