Tot ruim vier jaar celstraf ontvoering Insiya
De rechtbank in Amsterdam heeft donderdag gevangenisstraffen van een jaar tot vier jaar en drie maanden opgelegd in de zaak rond de geruchtmakende kidnap van het meisje Insiya. De destijds twee jaar oude peuter werd op 29 september 2016 met geweld uit het huis van haar oma in Amsterdam gehaald en overgedragen aan haar vader Shehzad H. De rechtbank sprak van „een heftige en ongehoorde” zaak.
H. was toentertijd verwikkeld in een slepende echtscheidingsprocedure met de moeder, Nadia Rashid. Hij nam zijn inmiddels vijfjarige dochter mee naar India, waar zij nog altijd woont. Het Openbaar Ministerie (OM), dat al had aangekondigd hem in Nederland te vervolgen, maakte direct na de uitspraak bekend H. vrijdag of uiterlijk begin volgende week te dagvaarden.
Hetzelfde geldt voor een neef van hem, die bij de kidnap was betrokken. Justitie verwacht dat het tweetal bij verstek moet worden berecht, omdat India weigert de vader uit te leveren.
In de zaak waren gevangenisstraffen tot 4,5 jaar geëist tegen de zes verdachten, vijf mannen en een vrouw. Volgens de rechtbank hebben zij „zonder enige overdrijving” een gezinsleven „volledig kapotgemaakt” en een jong meisje „bij haar moeder en familie weggerukt”.
De rechtbank nam de zes kwalijk dat zij „voor het geld” hebben geholpen het meisje naar India te ontvoeren, terwijl ze wisten dat er amper kans was dat ze ooit zou terugkeren. Verder woog de rechtbank mee dat zij wisten dat de dag na de kidnap bij het gerechtshof een zitting was gepland in de echtscheidingsprocedure. De ontvoering was daarmee ook „een klap in het gezicht van de rechtsstaat”.
Alle veroordeelden moeten terug de cel in. Voor twee bij de ontvoering betrokken Amerikanen - beiden veroordeeld tot vier jaar cel - geldt dat justitie ze zo snel mogelijk op de internationale opsporingslijst laat plaatsen. Daarvoor moet hun straf wel eerst onherroepelijk zijn.