Zweden zet slachtoffer aanslag land uit
Zweden heeft besloten om een Oekraïense vrouw die haar rechterbeen verloor tijdens een aanslag in 2017 in Stockholm het land uit te zetten. Dat zei haar advocaat maandag.
Irina Zamanova (39) bezocht Zweden als toerist in april 2017 toen de aanslag plaatsvond. Ze was een van de tien mensen die gewond raakten. Haar verwondingen waren zo ernstig dat artsen haar rechter onderbeen moesten amputeren. Bij de aanslag met een vrachtwagen kwamen ook vijf mensen om het leven.
De dader van de aanslag is een asielzoeker uit Oezbekistan, die trouw gezworen had aan terreurgroep Islamitische Staat (IS). Hij had een vrachtwagen gekaapt die hij door een drukke voetgangersstraat in het centrum van Stockholm reed. Hij werd veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf.
Zamanova kreeg oorspronkelijk een tijdelijke verblijfsvergunning omdat ze getuige was in het proces tegen de aanvaller. Toen die vergunning afliep, vroeg ze om een permanente verblijfsvergunning in Zweden, op grond van medeleven in „buitengewone omstandigheden”. Dat verzoek is tot in hoogste instantie afgewezen.
De advocaat zei dat ze onder andere hadden gevraagd te overwegen dat Zamanova niet hetzelfde niveau van gezondheidszorg in Oekraïne zou kunnen krijgen als in Zweden. Hij noemde het „zeer betreurenswaardig” dat Zweden niet voor een vrouw kan zorgen die in een vreselijke situatie terechtkwam, buiten haar schuld. Het besluit betekent dat ze met haar 14-jarige dochter het land binnen vier weken moet verlaten.