Expo over omgang met dode dieren
De dood van een huisdier dompelt menigeen in diepe rouw. Met name poezen en honden, ze worden vaak gezien als gezinsleden die ook een waardige uitvaart verdienen. Daarvoor zijn inmiddels mogelijkheden te over. Hoe anders staan velen echter tegenover varkens, koeien en kippen die in de pan belanden. Het Amsterdamse museum Tot Zover belicht beide aspecten plus de verhouding ertussen op de expositie De Laatste Aai, die woensdag wordt geopend.
De tentoonstelling toont onder meer werken van verschillende kunstenaars. Fotografe Simone Henken legde de laatste dagen van hond Joerie vast in indringende dubbelportretten. Fijnschilderes Adriana van Zoest schilderde een dood eendagskuiken, een werk waarmee ze maanden bezig was waardoor het ‘leven’ van het beestje volgens het museum als het ware toch nog werd verlengd.
Herman de Vries maakte de installatie ‘In memoriam de koeien’ van runderbotten uit een slachthuis. Het is te vinden in België, in Amsterdam is er nu een grote foto van. En Basse Stittgen is niet tegen het gebruik van dieren, maar wel tegen verspillen van producten zoals koeienbloed. Hij maakte een langspeelplaat van gedroogd bloed, die bij het afspelen ervan het kloppen van een runderhart laat horen. En Tineke Schuurmans fotografeerde bij een varkensboer in Deurne alleen maar de ogen van biggetjes en productiezeugen. “Als je in zo’n oog kijkt voel je de ziel van het varken”, aldus het museum.
Verder gaat de expositie van samenstelster Laura Cramwinckel in op bijvoorbeeld crematie van en grafstenen voor dieren en op de branche die zich met geliefde dode beesten bezighoudt. Nederland telt zo’n dertig dierenbegraafplaatsen en rond de veertig dierencrematoria, vermeldt het begeleidende magazine. Niet iedereen koopt een mooie urn of een grafje. Bij schrijfster Vrouwkje Tuinman kon er bij de dood van haar poes Muis toch nog een knipoogje af, blijkt uit het blad: de as van het diertje ging in een bus van De Ruijter’s Gestampte muisjes.