Buitenland

Leger VS roept burgers Najaf op tot evacuatie

Het Amerikaanse leger heeft burgers in delen van de Iraakse stad Najaf dinsdag opgeroepen hun huizen zo snel mogelijk te verlaten. Volgens ooggetuigen is dit de eerste keer dat de burgerbevolking in de sjiitische stad wordt gevraagd het gebied te verlaten. Analisten zien het als een teken dat de Verenigde Staten zich voorbereiden op een nieuw offensief tegen de milities van de opstandige sjiitische geestelijke Muqtada al-Sadr.

Buitenlandredactie
11 August 2004 12:23Gewijzigd op 14 November 2020 01:30
NAJAF - Strijders in Najaf. Foto EPA
NAJAF - Strijders in Najaf. Foto EPA

De Amerikanen riepen ook de militie van al-Sadr op zich uit de stad terug te trekken, maar die oproep werd volledig genegeerd. In de voor sjiieten heilige stad werd dinsdag voor de zesde opeenvolgende dag gevochten.

Op zijn beurt riep de Iraakse vice-president Ibrahim Jaafari de Amerikaanse strijdkrachten woensdagmorgen op Najaf te verlaten. Hij wil dat alleen Iraakse veiligheidstroepen de orde daar herstellen.

Amerikaanse gevechtsvliegtuigen bombardeerden posities van het zogenoemde Mahdi-leger van al-Sadr. Tegen zonsondergang, toen de gevechten zich verhevigden, stegen zwarte rookpluimen op uit het centrum van de stad en klonken zware artillerie en explosies. De strijders van al-Sadr hebben zich daar teruggetrokken in de omgeving van de eeuwenoude begraafplaats van de stad en de voor sjiieten heilige Imam Ali-moskee.

Al-Sadrs militie viel onder meer een Iraakse politiepost in de stad aan. Daarbij werden verscheidene agenten gedood en verwond.

De strijd om Najaf is de zwaarste test voor de Iraakse interim-regering, die ook te maken heeft met gevechten en aanslagen in de rest van het land.

Zo werd dinsdag ook in Sadr City, de sjiitische wijk van Bagdad, gevochten. Aanhangers van al-Sadr trokken zich niets aan van het uitgaansverbod dat de regering er maandag had ingesteld. In de wijk kwamen volgens het ministerie van Gezondheid maandag en dinsdag zeker tien mensen om het leven.

Opstandelingen vuurden in Bagdad mortiergranaten en raketten af op delen van de stad waar de interim-regering is gevestigd. Het is onduidelijk of deze aanvallen werden uitgevoerd door het Mahdi-leger of door soennitische strijders.

Op het diplomatieke front nodigde Iran de Iraakse premier Iyad Allawi dinsdag uit voor een officieel bezoek. Met het bezoek hoopt Teheran een einde te maken aan de beschuldigingen dat het de strijders van al-Sadr ondersteunt. Iran en Irak voerden van 1980 tot en met 1988 een bloedige oorlog. Vorige week ontvoerde een gewapende groep een Iraanse diplomaat.

Een Arabische website heeft dinsdag een video gepubliceerd waarin de moord op een man is te zien die volgens zijn beulen een „Egyptische spion” was die voor de Amerikanen in Irak werkte. Met een mes wordt de man de keel doorgesneden.

De groepering Tawhid en Jihad van Abu Musab al-Zarqawi, die wordt beschouwd als de leider van al-Qaida in Irak, zit vermoedelijk achter de executie. Op de video noemt de man zijn naam en geeft hij toe dat hij Amerikaanse militairen heeft geholpen bij aanvallen tegen opstandelingen in Irak.

Verder werd dinsdag bekend dat onbekenden een Jordaanse zakenman uit zijn huis in Bagdad hadden ontvoerd. De daders droegen volgens getuigen politie-uniformen. Inmiddels hebben de ontvoerders 250.000 dollar losgeld gevraagd. De Jordaniër is vertegenwoordiger van een Japanse bandenfabriek in Irak.

De partij van de omstreden Iraakse politicus Ahmed Chalabi heeft dinsdag opdracht gekregen haar kantoren in Bagdad binnen een etmaal te sluiten. Chalabi, die momenteel in Iran is, wordt in eigen land gezocht voor fraude. Ook zijn neef Salem, die leidinggaf aan het tribunaal dat Saddam Hussein moet berechten, wordt gezocht. Hij zou betrokken zijn geweest bij moord op een hoge functionaris van het ministerie van Financiën.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer