Peter Wildeman: Hollands Jongeren Koor gaat na 10 jaar de diepte zien
Wat begon als een spontaan idee tijdens een lange autorit, groeide uit tot een projectkoor met zo’n 350 leden. Het Hollands Jongeren Koor (HJK) viert dit jaar zijn tienjarig bestaan. „Ik vind het een hoogtepunt om samen muziek met een Boodschap uit te dragen.”
Met het Hollands Jongeren Koor maakte musicus Peter Wildeman het concept van projectkoren groot. Koorleden oefenen op verschillende locaties met verschillende dirigenten, waarna ze als samengesteld koor uitvoeringen geven. Zonder dat concept was het Hollands Jongeren Koor niet zo succesvol geworden. „Ik zie het projectkoor zeker niet als concurrent van een vast koor”, vertelt Wildeman.
Waarom koos u voor het concept van een projectkoor?
„Veel koorleden zijn lid van een projectkoor, naast hun lidmaatschap van een bestaand, vast koor. De kracht is, denk ik, dat je zingt in kerken waar je normaliter niet zo snel zingt, nieuwe koorleden ontmoet en andere muziek zingt.”
Leden van het HJK oefenen op veel verschillende locaties met veel verschillende dirigenten. Daarna voegt u de koren samen tot één geheel. Gaat dat niet ten koste van de kwaliteit en de koorklank?
„In het begin hadden we inderdaad heel veel verschillende repetitors, maar daar zijn we van teruggekomen vanwege de kwaliteit van het koor. Momenteel dirigeren we met een vast team op zoveel mogelijk locaties zelf. We maken afspraken over onder meer tempo en dynamiek. De leden krijgen deze informatie ook en ontvangen ingezongen oefenbestanden. De generale repetitie is veelzeggend: wat we dan horen, is de maximaal haalbare kwaliteit. Zaken als ademsteun en articulatie kunnen altijd meer aandacht krijgen, maar voor een project als dit zijn we blij met wat we bereiken.”
Het concept is een interessant verdienmodel, maar daarvoor zijn wel veel leden nodig. Er wordt wel gezegd dat massaliteit bij u voor kwaliteit lijkt te gaan. Wanneer bent u tevreden?
„Ideeën ontstaan in de eerste plaats niet als verdienmodel, maar als een spontane ingeving, die ik vervolgens uitwerk. Het HJK is toevallig een massaal koor. Ik doe met de gekregen middelen en talenten mijn uiterste best om daar alles uit te halen Zo’n uitspraak over massaliteit en kwaliteit is een subjectieve uitspraak, die het koor geen recht doet. Hoewel ik begrijp waar zo’n opmerking vandaan komt.”
Uw repertoire bestaat uit psalmen, bekende gezangen, hier en daar wat populairdere muziek. Blijft het repertoire daarmee niet te eenvoudig?
„We begonnen inderdaad met een eenvoudig repertoire van psalmen en geestelijke liederen, met drie concerten, een orgel, piano en solist. Uiteraard zingen we ook psalmen, daar ligt mijn hart. We zingen echter geen populaire muziek! In de loop der jaren veranderden we het concept omdat we een hoger niveau nastreven met meer uitdaging. Inmiddels hebben we een eigen orkest, aangevuld met beroepsmusici. Het huidige repertoire bevat onder meer drie klassieke werken en het oratorium over ”De Christenreis” van Peter en Mark Brandwijk. Ik zeg altijd: Met HJK10 gaan we de diepte zien.”
Wat is voor u het onbetwiste hoogtepunt in tien jaar HJK?
„Ik vind het eindejaarsconcert in de Doelen ieder jaar weer een hoogtepunt. De combinatie van de muziekbeleving en de meditatie vind ik een heel mooie afsluiting van het muziekjaar. Ook vind ik het een hoogtepunt om samen met de koorleden muziek met een Boodschap uit te dragen. Calvijn zegt ergens: „Het gezang oefent een grote en krachtige werking uit om het hart van de mensen te bewegen en te doen gloeien, dat zij God met een heviger en vuriger ijver aanroepen en prijzen. Het zijn gezongen gebeden.” Wat is er mooier dan zo muziek te mogen maken?”
Zaterdag 18 mei vond in de Grote Kerk van Dordrecht het eerste jubileumconcert plaats. Meer informatie: www.hollandsjongerenkoor.nl
Elk jaar andere muziek zingen
Bertine van Nifterik (24) uit Ochten zingt al tien jaar mee in het Hollands Jongeren Koor. „Toen ik 15 was, zag mijn moeder een advertentie voor een projectkoor. We kenden de musici al en hielden allebei van zingen. Ik zing bij Deo Juvante in Kesteren, maar mijn moeder vond wekelijks repeteren niet handig. Dit project was dus ideaal. Het leuke van de jaarlijkse projecten is dat je elk jaar andere muziek zingt en bekende en nieuwe leden tegenkomt.
Dat het koor eerst in aparte regio’s oefent en erna gezamenlijk samenkomt, werkt goed, vindt Van Nifterik. „Muziek repeteren werkt beter in kleinere groepen. Als alles bij elkaar komt, ken je de muziek al, waardoor er tijd is om het mooier te maken.”
De leeftijd van 15-45 jaar is een mooie doelgroep voor zo’n koor, vindt ze. „Het leuke is dat je een klik krijgt met mensen van 20 tot 40 jaar. Leeftijd is niet zo belangrijk als je allemaal dezelfde hobby hebt.”
Fijn samenzijn tijdens repetities en concerten
José van Roekel (25) uit Rhenen zingt al tien jaar de sopraanpartij in het Hollands Jongeren Koor. „Ik besloot in het eerste jaar samen met een vriendin op het koor te gaan. Toen het tweede seizoen begon, is mijn moeder ook meegegaan. Zij zingt ook nog steeds mee.”
Het „fijne samenzijn tijdens de repetities en de concerten” trekt haar, zegt Van Roekel, „maar ook dat je met zoveel mensen de liederen ten gehore brengt tijdens de concerten. Daardoor leer je mensen uit het hele land kennen.”
Van de massaliteit merk ze eigenlijk nooit wat tijdens de concerten. „Onze concerten vinden vaak plaats in de grotere kerken. Bij het eindejaarsconcert in de Doelen is het juist helemaal mooi om zo’n groot koor te hebben. Het grootste deel van koor heeft bovendien al enige koorervaring en bestaat uit heel gemotiveerde leden. Dat komt de kwaliteit ten goede.”
Welke tip ze zou willen meegeven? „Blijf mooie liederen maken voor het koor, want onbekende eigen bewerkingen zorgen voor uitdaging tijdens de repetities.”