Bijzondere erepenning voor gewonde agent
Tussen alle koninklijke lintjes was er vrijdag ook een bijzonder eerbetoon voor politieagent Zefanja Engberts. Hij raakte in juni zwaargewond toen hij mensen uit een brandend gebouw in Utrecht probeerde te redden. Hij kreeg daarom de Erepenning voor Menslievend Hulpbetoon in brons, een onderscheiding die niet vaak wordt uitgereikt.
Engberts was afgelopen juni bij een brand in een flat aan de Marshalllaan in Utrecht. Hij ging naar binnen om bewoners te redden, maar raakte in het trappenhuis ingesloten door de rook. Engberts sloeg een raam in en klom naar buiten, maar kwam daarbij ten val. Bij zijn val op een afdak brak bij beide hielbenen. Drie jongens klommen op het afdakje en hielpen hem naar beneden. De val werd door getuigen gefilmd en via sociale media veel gedeeld. Volgens het Kapittel voor de Civiele Orden, dat over alle lintjes beslist, toonde Engberts „menslievend hulpbetoon waarbij sprake was van moed, beleid en zelfopoffering”.
De Erepenning voor Menslievend Hulpbetoon is een van de oudste nog bestaande onderscheidingen voor dapperheid. De onderscheiding werd in 1822 in het leven geroepen. Eerdere ontvangers zijn onder andere Pa Sem, die in 1992 een jongetje redde uit de brandende puinhopen na de Bijlmerramp, en Carl Boelens uit Renkum, die in 2017 het leven redde van een oudere man die met een rollator vastzat op een overweg terwijl een intercity naderde.