Zwitserse Landeskirche baseert zich niet meer op Bullingers belijdenis
Huldrych Zwingli en Heinrich Bullinger lieten een rijke erfenis na. Maar is de Zwitserse kerk nog wel zwingliaans? Nee, menen drie predikanten en een hoogleraar. De redenen die zij daarvoor hebben, lopen uiteen.
Het Institut für Schweizerische Reformationsgeschichte (ISR) in Zürich vormt hét onderzoekscentrum voor de Zwitserse Reformatie. Decaan prof. dr. Peter Opitz, biograaf van Zwingli, ging in zijn onderzoek steeds verder terug in de tijd. „Ik doe al meer dan dertig jaar onderzoek naar Calvijn. Mijn dissertatie ging over zijn theologie. Daarna verrichtte ik onderzoek naar Bullinger en sinds mijn komst naar Zürich in 2008 houd ik me bezig met Zwingli. Waar de Reformatie in Zürich begon en uiteindelijk in Genève uitkwam, ben ik dus omgekeerd begonnen en kwam ik steeds vroeger in de zestiende eeuw terecht.”
Zwingli was de grondlegger van de Reformatie, aldus prof. Opitz. „Hij was een echte pionier die de basisideeën heeft geleverd. Maar hij heeft nooit de tijd gehad om die ideeën nader uit te werken. Andere theologen konden dat wel. Neem bijvoorbeeld de verbondstheologie van Calvijn; die is via Bucer en Bullinger te herleiden naar die van Zwingli.”
In de Zwitserse Landeskirche speelt de verdeling van het land in verschillende kantons een grote rol. Zo kan het gebeuren dat in het ene kanton andere kerkelijke regels gelden dan in het andere. In de kerkorde van het kanton Zürich staat dat de kerk het werk voortzet waarmee Zwingli en Bullinger in de Reformatie zijn begonnen. „Ik zou zeggen: neem dat serieus”, merkt prof. Opitz op. „Het is een papieren werkelijkheid. De secularisering vindt ook binnen de kerk plaats. In de negentiende eeuw waren alle mensen lid van de Landeskirche. Dat is nu niet meer vanzelfsprekend. En welk doel legt de kerk zichzelf nu op? Om zo veel mogelijk mensen in de kerk te ontvangen. Daardoor vindt zij de boodschap minder belangrijk. Dat is mijn kritiek. De kerk moet de moed hebben om een christelijke kerk te zijn die zich echt op Christus beroept.”
Verbondstheologie
In de kamer naast prof. Opitz werkt ds. Pierrick Hildebrand (34) aan de afronding van zijn promotieonderzoek over de verbondstheologie van Heinrich Bullinger. Als hij dat komende zomer heeft afgerond, wordt hij verbonden aan de gemeente van Affoltern im Emmental, een dorp op zo’n 30 kilometer van Bern.
In zijn onderzoek gaat ds. Hildebrand er, net als prof. Opitz, vanuit dat Zwingli de verbondstheologie heeft ontdekt, waarna Bullinger die verder heeft uitgewerkt. Via Bullinger hebben de Heidelberger theologen kennis van dit denken genomen. „Bullinger wees op de eenheid en continuïteit tussen het Oude en het Nieuwe Testament. Niet alleen canoniek, maar ook tussen het mozaïsche verbond en het nieuwe verbond in Christus. Dat heeft de gereformeerde theologie sterker gemaakt dan die van Luther, die beide verbonden meer als tegenstelling ziet. Het Oude Testament is voor Bullinger echter al een deel van het genadeverbond. Christus is al in het verbond van Mozes aanwezig. Calvijn is Bullinger daar overigens in gevolgd.”
Bullinger liet veel geschriften na. „De aantekeningen van naar schatting 28.000 preken zijn bewaard gebleven. Dat is ongelooflijk veel, maar hij ging dan ook gedurende meer dan veertig jaar meerdere malen per week voor in de Grossmünster. Daarnaast becommentarieerde hij alle Bijbelboeken, behalve het boek Openbaring. Van dat Bijbelboek zijn echter wel honderd preken bewaard gebleven. Dat prekenboek was een echte bestseller. Het werd vele malen herdrukt.”
De Tweede Helvetische Confessie, die Bullinger publiceerde in 1566, is jarenlang van belang geweest voor de kerk in Zwitserland. Gaandeweg bepaalden steeds meer kantons echter dat zij niet meer aan het belijdenisgeschrift zouden vasthouden. In de negentiende eeuw schafte ook het laatste kanton de belijdenis af. De strijd over de belijdenisgeschriften in Zwitserland liep zo hoog op dat de Landeskirche tot op de dag van vandaag geen enkele officiële belijdenis meer heeft.
Verbod
Dat betekent echter niet dat predikanten in geen enkele gemeente een belijdenis mogen uitspreken tijdens de eredienst. „Er zijn gemeenten waar de belijdenis heel belangrijk wordt gevonden. Maar op andere plekken is het zelfs verboden om die te noemen.”
Zo’n verbod kan ver gaan. „Zelfs het Apostolicum uit de Vroege Kerk heeft geen officiële status.”
Als ds. Hildebrand voorgaat tijdens een eredienst, geeft hij de Twaalf Artikelen wel een plaats in de liturgie. „In dat opzicht heeft een predikant een vérgaande bevoegdheid. Je bent eigenlijk de bisschop van de eigen gemeente.” Toch verkiest ds. Hildebrand deze situatie boven de handhaving van een totaalverbod. „Al blijf je afhankelijk van de kerkenraad. Alleen zolang die achter de predikant staat, kan hij doen en laten wat hij wil.”
De Zwitserse kerk kan niet zomaar zwingliaans genoemd worden, vindt ds. Hildebrand. „Er zijn eigenlijk twee stromingen: enerzijds de liberale gemeenten, met een breed verspreid verlicht denken. Anderzijds zijn er gemeenten met een piëtistische inslag. Maar een samengaan van piëtisme en orthodoxie, zoals in de Nederlandse Nadere Reformatie heeft plaatsgevonden, kent de Zwitserse kerk jammer genoeg niet. Orthodoxie en vroomheid zijn in Zwitserland uit elkaar getrokken.”
Volkskerk
Daar staat tegenover dat de gedachte van een volkskerk nog steeds sterk leeft. „De verbinding tussen staat en kerk is weliswaar anders dan vroeger, maar mensen vinden het nog grotendeels normaal dat ze bij de kerk horen. Ook mensen die niet naar de kerk gaan, betalen netjes hun belasting. Niet alleen private personen, maar ook bedrijven zijn verplicht om kerkelijke belasting te betalen. De politiek heeft geprobeerd deze praktijk met een referendum af te schaffen, maar een meerderheid van de kiezers stemde juist voor het handhaven van de praktijk.”
Paradoxaal genoeg is volgens ds. Hildebrand juist het kanton Genève, waar kerk en staat het meest strikt gescheiden zijn, sterk geseculariseerd. „Terwijl in Zürich, de stad die ooit het centrum van de Zwitserse Reformatie was, vandaag de dag meer rooms-katholieken dan protestanten wonen. Het kan verkeren.”
Ds. Möller: Landeskirche niet gereformeerd meer
Ds. Reinhard Möller (69) is al meer dan 33 jaar predikant van de Freie Evangelische Gemeinde in Aesch, een dorpje onder de rook van Basel. Zijn gemeente komt samen in een gehuurd pand op een industrieterrein op een steenworp afstand van het stationnetje aan de spoorlijn Basel-Lausanne.
De wortels van ds. Möller liggen in het Duitse Hamburg. Hij kwam in de jaren zeventig naar Basel, waar hij acht jaar werkte als assistent van Samuel R. Külling, oprichter van de Freie Evangelisch-Theologische Akademie (FETA) – de voorloper van de Staatsunabhängige Theologische Hochschule (STH) Basel. Na die tijd werd hij vanuit twee vrije kerken in Basel –een Duitse en een Engelse– gevraagd of hij naar Aesch wilde gaan om daar een gemeente te leiden. Sinds 2015 is hij officieel met pensioen, al gaat hij nog wel regelmatig voor.
Volgens ds. Möller vinden veel Zwitsers het positief dat er sinds eind negentiende eeuw geen belijdenis meer is in de Landeskirche. „In 2008 is erover gediscussieerd, maar toen bleek zelfs het Apostolicum te veel. Men heeft geprobeerd iets nieuws te schrijven, tot op heden zonder resultaat. Velen zijn er met een beroep op de oecumene zelfs trots op.”
Ds. Möller, die zelf veel „apologetische” artikelen publiceert, is bezorgd over de pers in Zwitserland. Dat geldt zowel voor de kerkbladen, waarin vrijzinnige opvattingen veel ruimte krijgen, als voor de verschillende kranten. „Journalisten weten hier het verschil tussen een protestantse kerkdienst en een rooms-katholieke mis niet meer. Ze noemen Paulus net zo makkelijk een evangelist als een apostel.”
De gemeente van ds. Möller organiseert ontbijtbijeenkomsten met verschillende thema’s. Hij vraagt van sprekers of zij onderschrijven dat het heil alleen in Christus te verkrijgen is, dat de Heilige Schrift Gods Woord is en dat God drie-enig is. „Zowel in de kringen van vrije kerken als in de samenleving merk ik dat je er niet vanuit kunt gaan dat iemand die zich christen noemt, deze zaken erkent.”
Dat de Landeskirche zich evangelisch-gereformeerd noemt, vindt ds. Möller onterecht. Hij wijst op de Bijbelkritiek, die indruist tegen wat Zwingli voor ogen had. „Ik geef een bijdrage uit van Zwingli over het Schriftgezag. Daaruit blijkt wel dat hij iets heel anders bedoelde.” Ds. Möller is niettemin „dankbaar” dat de gemeente al meer dan dertig jaar mag bestaan. „Hoe het verder gaat weten we niet, maar tot nog toe heeft ons werk door mogen gaan. Ik ben sinds 2015 met pensioen, maar er zijn nu ook andere predikanten beschikbaar om het werk voort te zetten.”
Ds. Vetterli: Moderne trends in veel gemeenten
Ds. Kurt Vetterli (57) uit Basel bezocht Nederland in maart op uitnodiging van de Stichting Steun Reformatie Oostenrijk (SSRO). Hij vertelde op een bijeenkomst in Nieuw-Vennep over de kerkelijke gemeente waarin hij werkzaam is als predikant: de Evangelisch Reformierte Kirche Westminster Bekenntnisses (ERKWB) in Basel. „Onze gemeente, die tien leden telt, bestaat sinds 2008”, vertelt ds. Vetterli. „Wij zijn de jongste bestaande ERKWB-gemeente in de Alpen.” De Zwitserse ERKWB heeft volgens ds. Vetterli in totaal zo’n veertig leden. Het ledental in Basel groeit niet, vanwege het vele verloop. „Momenteel bestaat de gemeente uit twee gezinnen. We hebben meermalen studenten en jongeren zien vertrekken omdat ze na hun trouwen elders gingen wonen.”
Zoals de naam al aangeeft, baseert de ERKWB zich op de Westminster Confessie. „Die belijdenis vat het Woord van God het beste samen”, aldus ds. Vetterli. „De Zwitserse Landeskirche heeft helemaal geen belijdenis meer. De Landeskirche is liberaal geworden. Er zijn misschien hooguit nog enige gelovigen te vinden die een uitgesproken gereformeerde belijdenis onderschrijven.”
Ds. Vetterli neemt een moderne trend waar in zowel de Landeskirche als veel vrije evangelische gemeenten. „De ambten worden opengesteld voor vrouwen en het homohuwelijk wordt steeds vaker kerkelijk bevestigd. Wij keuren die praktijken af.”
Dat leidt wel tot kritiek vanuit de samenleving. Met andere kerken verloopt de samenwerking ook moeilijk, omdat de ERKWB-gemeenten vaak bepaalde gebouwen niet mogen gebruiken.
De ERKWB baseert zich niet direct op het gedachtegoed van Zwingli en Bullinger, aldus ds. Vetterli. Toch zijn er wel bepaalde lijnen te trekken. „Wij preken ook volgens het principe van de lectio continua, de doorgaande lezing en herkennen ons in hun visie op de Schrift en het verbond.”
In het najaar organiseert de ERKWB een conferentie op twee zaterdagen rond hervormingsdag. Dit jaar zal het Zwingli-jaar ook daar het thema zijn.